Zelf ben ik ook een sukkel
Als je mij een beetje kent dan weet je waarschijnlijk dat ik graag kritiek mag geven. Eigenlijk wil ik gewoon op een voorzichtige manier te zeggen dat ik af en toe lekker kan zeiken. Niet zo zeer op een negatieve manier hoor, maar gewoon lekker klagen over de dingen des levens. Het is altijd fijn om je hart te luchten, toch? Wel realiseer ik mij heel goed dat ik zelf ook verre van perfect ben.
Zo weet ik bijvoorbeeld vaak het Engelse woord voor iets maar heb ik geen flauw idee wat het Nederlandse woord ook al weer is. Of kijk ik letterlijk weg van de televisie als er een beschamende scene op tv komt. Omdat ik er niet naar kan kijken uit pure plaatsvervangende schaamte. Ook heb ik altijd de neiging om iemand te verbeteren terwijl ik even goed ben in grammaticaal correct spellen als dat ik ben in parachute springen met een rugzak vol picknickspullen.
Toch doen mijn mooiste en meest onhandige momenten zich voor in de professionele keuken. Ondertussen kan ik gelukkig met een goed geweten vertellen dat ik afgestudeerd ben en mijn onhandigheid heb weten te beperken tot en absoluut minimum. Helaas dat is zeker niet altijd zo geweest.
Negen jaar geleden startte ik namelijk met mijn carrière in de keuken, toen nog als bijbaantje. Als broekie van zestien was ik afwasser in het restaurant van een sportschool. Het was mijn eerste dag gelijk druk en de chef trok mij de keuken in om te helpen. Stond ik dan, met het zeepsop nog op mijn gezicht, een beetje geschrokken voor het eerst in een echte restaurantkeuken. ‘Of ik even de dessertjes van slagroom wilde voorzien’. Dat was best binnen mijn capaciteit als afwas-lullo dacht ik zo.
Tot de kidde op was. De kidde is een slagroomflacon die we opnieuw kunnen vullen. Super handig maar hier staat natuurlijk een hele hoge druk op! Wist ik veel.. Hoe dan ook, na een mysterieuze knal vanuit de patisserie kwam de chef nog is om het hoekje kijken. Daar vondt hij een klein bibberend jongentje volledig bedekt in slagroom. Net als de rest keuken overigens.
Het was eventjes doodstil tot de chef mijn ogen open zag gaan. Waarna een bulderend gelach losbrak. Die nacht heb ik tot half twee ‘s nachts schoon staan maken met een constant grinnikende chef. Tot op de dag van vandaag ben ik geen fan van slagroom maar gelukkig kan ik nog wel lekker klagen!