“White Power?!”
Ik loop op straat op zoek naar Internet. Mataram is niet zo druk als Denpasar of Surabaya, maar toch, druk. Ik loop een internetshop binnen, maar er is geen netwerk.
Ik loop verder.
Plotseling hoor ik een klap naast me op de weg.
Ik zie een auto stoppen en een brommer op zijn kant liggen. Pas dan zie ik het kind op de weg liggen. Slippers verspreid over de weg, het huilt!
De moeder tilt het van de weg en neemt het in haar armen.
Een man ligt ook op de weg. Mensen stoppen. Een file vormt zich.
Iemand tilt de brommer van de weg.
Ik sta machteloos te kijken en besluit uiteindelijk maar door te lopen.
Een kind. Zonder helm, slippers op de weg. Vreselijk.
Voor het eerst heb ik heimwee.
Verlang ik naar thuis, naar ons veilig overgeorganiseerde Nederland, waar het niet normaal is dat je drie keer in vier weken een ongeluk ziet gebeuren.
Ik loop door naar Mataram Mall, een groot winkelcentrum. Dagcrème vinden moet hier niet zo moeilijk zijn. Ik loop een supermarkt binnen waar de geur van Durian, stinkvrucht, me verwelkomt. Ik vind de juiste afdeling. Schappen vol dagcrème. Hier moet ik slagen.
Vage namen in het Bahasa Indonesisch worden afgewisseld met vertrouwde merken. “White Power!” staat er op het eerste potje. De dagcrème garandeert je binnen zes weken een lichtere huid te hebben. Ben ik net zo trots op mijn bruine kleurtje.
Ander potje; zelfde verhaal. Tube dan; wederom. Gechoqueerd constateer ik dat alle dagcrèmes er op ontwikkelt zijn je huid een tintje blanker te maken. Zelfs mijn vertrouwde Nivea heeft het woord “whitening” op het dekseltje staan.
En dan te bedenken dat er in Nederland steeds meer crèmes op de markt zijn die je huid ook in de winter een lekker kleurtje geven.
Ik verlaat de supermarkt zonder iets te kopen.
Het mooie aan reizen is dat je elke dag opnieuw kunt beginnen. Niemand weet wat voor persoon je bent. Of ik rook, of ik drink, of ik een trut ben of een engel.
Elke dag heb ik een nieuwe kans om dingen anders te doen.
Elke dag kom ik dichter bij hoe ik het werkelijk wil, vanuit mezelf en niet vanuit mijn omgeving.
Ik zuig de rook diep in mijn longen en voel daarna de stekende pijn in mijn luchtpijp, alsof mijn bloedvaatjes felrood zijn van de prikkende stoffen die hen kwellen.
Nu lig ik semi-duizelig op bed in een kamer die zo warm is dat ik er high van word.
En na deze sigaret die scherp is en me misselijk maakt besluit ik te stoppen.
Ver weg van de oordelen en het beoordeeld worden. Gewoon van uit mezelf.