Tussen denken en doen
Daar zat ik dan, op het dak van het flatgebouw. De lucht boven mijn hoofd, de miniaturen lopend op het trottoir onder me. De hoogte in, weg van de sleur, weer het overzicht krijgen.
De verschillende nieuwsberichten, de heftigheid. Verwarring ligt op de loer, vermenging van onderwerpen en emoties. Verstrikt in het laatste nieuws, zo makkelijk en direct volgbaar. De honderdtachtig verdronken vluchtelingen worden overschreeuwd door de wanhoop over de gestorven schrijver en ondermijnd door verborgen bezuinigingen.
Vooral als je de berichten rond de vluchtelingen volgt, word je heen en weer gezwiept tussen links en rechts, tussen pragmatisch en beschouwend, tussen egoïstisch en barmhartig. De reacties op de nieuwssites laten een xenofobisch en ijskoud deel van Nederland spreken. Onder een bericht dat er een groot tentenkamp verrijst, staat in verschillende bewoordingen hetzelfde: hopen dat er een keiharde winter komt, zodat ‘ze’ kapotvriezen. Een paar roepen om mededogen, maar die missen op deze sites hun publiek. Daar waar gesproken wordt over de opvang van vluchtelingen in een leeg bezuinigde gevangenis, zijn er de wijkbewoners die spandoeken met “welkom” ophangen en iedereen uitnodigen voor het naderende wijkfeest. Je hebt de mensen die zeggen: “Tja, die bajes staat nu toch leeg, dus stop die vluchtelingen er maar in”, terwijl anderen zeggen: “Hoe kom je erbij? Ze komen uit een verschrikkelijke omgeving, dan ga je ze toch niet wegduwen in cellen met tralies en stalen deuren?”.
Wat zeker niet helpt, zijn de uitspraken van onze geblondeerde politicus, die zegt dat de grenzen dicht moeten omdat we via het achterland een tsunami krijgen, waarin extremisten en terroristen vrij spel hebben. Anderzijds zal de holle frasen roepende, linkse politicus ook niet het verschil maken. Als hij in zijn verantwoorde ecowijk een vluchteling tegenkomt, zal hij ‘m vriendelijk de weg terugwijzen naar de winderige weide met legertenten. Misschien wordt het verschil wel gemaakt door de slimme schrijver die laatst op televisie was, die op eloquente wijze de lege strijd verwoordt tussen de hersenlozen en de hartelozen. Een strijd die heel vlot beëindigd moet worden omdat die enkel dingen kapot maakt. Volgens hem moeten de vluchtelingen juist aan het hart gedrukt worden, liefdevol maar stevig, barmhartig en plichtsgetrouw: we moeten het met z’n allen rooien, wij en zij.
Tijd om weer de lift naar beneden te nemen. Met beide benen op de grond, de neus de juiste kant op.