Mag ik nog een beetje genieten, meneer?

Han Maas 8 sep 2015

‘Dag mevrouw Cohen. Mag ik even binnenkomen?’

‘Wat wilt u?’

‘Ik ben van de gemeente. Heel goed hoor, dat u zo voorzichtig bent. Ik kom in verband met uw aanvraag voor een traplift. Hier, ik laat u mijn legitimatie zien.’
‘Ik ben nooit bang, meneer, behalve dan op 4 mei. Och ja, die traplift… Ik was het haast alweer vergeten. Komt u nu al…?’

‘O jee, dat wordt zeer kostbaar; uw trap loopt nogal rond. Ik kan u nu al zeggen dat uw aanvraag wordt afgewezen.’

‘Ik zie anders wel meer trapliften in de buurt.’

‘Ja mevrouw, dat klopt. Maar het beleid is vanwege de oplopende kosten gewijzigd. En om eerlijk te zijn, u bent er wel een beetje laat mee, vindt u niet?’

‘Waarom? Ik ben onlangs aan mijn heup geopereerd. En dat op mijn 88ste… Het komt niet meer goed heeft de dokter gezegd. Eerder was het niet nodig, ik liep als een kievit, ziet u. De overheid wil toch dat we vanwege de kosten zo lang mogelijk thuis blijven wonen?’

‘Dat bedoel ik nu juist. U had op uw ouderdom moet anticiperen; u had al veel eerder naar een benedenwoning moeten verhuizen, mevrouw Cohen.’

‘Als ik dat al gewild had, er zijn geen beschikbare benedenwoningen in de buurt. Die worden allemaal verkocht en weer voor veel geld doorverhuurd. Veelal aan jongeren.’

‘Dan zult u toch de buurt uit moeten. Naar bijvoorbeeld…’
‘Ik moet helemaal niets! Mijn kinderen, klein- en zelfs achterkleinkinderen wonen in de nabije omgeving. Mag ik nog een beetje genieten, meneer? Luister eens goed: ruim zeventig jaar geleden ben ik op een trein gezet, geheel tegen mijn wil in. Gelukkig ben ik weer thuisgekomen als u begrijpt wat ik bedoel… Al die jaren daarna heb ik keihard gewerkt en aan mijn sociale verplichtingen voldaan. Niemand zegt mij nog waar ik heen moet gaan, behalve de dood.’

‘U hoort nog van ons, mevrouw Cohen. Ik kan helaas niet veel voor u doen.’

‘Ja, dat kunt u wel, meneer.’

‘Mevrouw, ik heb u net alles uitgelegd.’

‘Dat heb ik gehoord, meneer… Maar wilt u alstublieft deze envelop op de bus doen voor deze “kostenpost?” ’

‘Natuurlijk, mevrouw Cohen. Maar word nou niet cynisch; ik doe alleen maar mijn werk.’

‘Dat heb ik maar al te vaak gehoord. Niet vergeten hoor, meneer. Het is nogal belangrijk. Mijn bijdrage aan giro 6868 ten behoeve van de vluchtelingen zit erin.’