Literatuurcollege

Ees de Winter 28 sep 2015

Niet bij een universiteit, maar toch: ik loop college. De bieb in Ridderkerk organiseert een literatuurcollege voor lezers die op zoek zijn naar literaire verdieping. Hoe beoordeel je een roman? Het sublieme in de kunst. Hoe lees je poëzie? Westerse cultuurgeschiedenis. Wat is de invloed van de Griekse en Romeinse klassieken op de hedendaagse literatuur? Neerlandicus Kees doceert het allemaal vol passie en met theatrale gebaren. Gehuld in een witte toga en de blote voeten in sandalen gestoken zou hij niet opvallen in het oude Rome, ook niet als hij daarbij zijn bril met knalrood montuur op had.
Ik zit aan een tafel met twee vrouwen van onbestemde leeftijd. Ze gedragen zich of ze weer in de schoolbanken zitten. Kwebbelen over de al dan niet uitgevoerde opdrachten en wat verder spontaan in hen opkomt. Op de middelbare school zat ik achter twee meisjes. Het ene meisje had een gehoorapparaat en de ander ging halverwege het derde leerjaar van school. Ze was zwanger. Aan die twee meiden doen mijn tafelgenoten me denken. Niet dat ze doof zijn en zwanger kunnen ze al helemaal niet meer worden, of ze moeten naar zo’n dokter in Italië gaan. Het zijn gewoon schoolmeisjes. Leuke, dat wel.
De enige gymnasiast in onze groep is een gynaecoloog in ruste. Geen Italiaan, maar een rust uitstralende Hollander.
Naast hem zit een lieve vrouw met zilvergrijs haar. Zo’n oma die haar kleinkinderen vol stopt met worteltjes en radijzen en hen af en toe een verantwoord jeugdboek cadeau doet. Ze steekt regelmatig haar hand op omdat ze iets wil zeggen. Het wordt nooit opgemerkt. Ze dringt niet verder aan en bladert daarna in de boeken die voor haar liggen. Zonder er in te kijken.
De vrouw met het zwarte rattenkopkapsel en slingeroorbellen vond Metamorfose van Ovidius zwaar. Niemand was het met haar eens. Juist luchtig en speels. Nee, ze bedoelde niet de inhoud. Fysiek. Het is een zwaar dik boek.
Een corpulente man met een kapsel coupe pluischrysant en de uitstraling van een gemoedelijke pater Dominicaan noemt zichzelf een gedichtenman. De volgende les moeten we een gedicht dat ons aanspreekt voordragen. Als ik hem was zou ik kiezen voor Het Volle Leven van Judith Herzberg. Zullen we/zei ze/samen/in een groot bed/in een hotel-/kamer/gaan liggen/met pyjama’s/aan en/dan de knecht/taart/laten brengen?
Dat is hij ten voeten uit. Al zal hij vrees ik dit gedicht nooit voordragen. Daarom doe ik het maar. Het past ook wel bij mij.