de huilende vrouw op de stoep
Wat was ik toch moe die avond. Na het heftigste gevecht ooit te hebben gewonnen van mijn aartsvijand genaamd ‘Slaap’ in de ochtend, heb ik zijn broertje genaamd ‘Onwetendheid’ even hard in de middag tijdens de colleges aan mogen pakken.
Dat was me toch eens een taaie die Onwetendheid. En hou je niet van de domme: Onwetendheid is een meester onder de illusionisten, dat is een feit. Als iemand je kan bedonderen met het gevoel dat je iets weet, dan is het wel die goede oude Onwetendheid. Zijn broer Slaap maakt alles nog een stapje hardnekkiger: die houdt zijn broertje Onwetendheid onder zijn vleugels waar het veilig kan schuilen in tijden van nood.
Maar die bescherming is volgens mij niks meer dan een overbodige luxe. Onwetendheid kan prima voor zichzelf zorgen. Sterker nog: mijn weerstand maakt hem alleen maar sterker. Elke keer wanneer ik zou zweren dat ik een kop van hem onthalsd heb, groeien er weer twee aan! Het is een hydra die Onwetendheid.
Maar die avond heeft Slaap afstand van mij genomen. Waarschijnlijk omdat mijn goede vriend Cafeïne mijn strijd over kwam nemen. Ik kon altijd aan op Cafeïne. Ik heb mij die dag maar overgegeven aan Onwetendheid, ach verlies moet men accepteren. Zij konden wachten. Ik zou terugkeren in de strijd.
Want daar zat zij: de huilende vrouw op de stoep. Ik schatte haar op een jaar of 45. ik ging ernaast zitten. De vrouw was zojuist het huis uitgezet door haar man. Och wat was die Onwetendheid toch sluw. Haar echtgenoot heeft duidelijk de doodsteek gevangen.
Goedwillend als ik was heb ik de vrouw in huis genomen: een indirecte slachtoffer van Onwetendheid is mijn vriend. En daar hebben wij gezeten, gepraat en gelachen. Ook tranen hebben gevloeid. De vrouw had veel meegemaakt bij verschillende mensen. Wat heeft die Onwetendheid toch veel metgezellen.
Maar die avond heb ik geprobeerd zo optimistisch mogelijk te blijven. Al was het maar voor de vrouw en is het eigenlijk volledig tegen mijn pessimistische aard in. Het sloeg aan. Misschien staat optimisme me toch beter? Nah, dat zou een permanente overgave zijn aan Onwetendheid. Dat nooit.
Afscheid werd uiteindelijk genomen nadat er een hotel geregeld was. Het was een alternatieve avond geweest. Maar net toen ik de deur dichtdeed en het schemerig werd, zag ik daar Slaap al voor mij verschijnen. Hij wist me altijd te verrassen. En één steek was genoeg om me op bed neer te laten ploffen. Maar die avond ben ik trots ten onder gegaan, Onwetendheid uitlachend.