Aylan
Er is een kindje aangespoeld. Een jongetje van drie jaar. Helemaal alleen lag het op een Turks strand. Verdronken terwijl het samen met zijn familie op de vlucht was. Op de vlucht voor oorlog, op zoek naar veiligheid.
Er is een kindje aangespoeld. Vol afschuw kijk ik ernaar. Thuis op de bank voor de televisie. Met een glas wijn. Na een werkdag vol hindernissen. Die nu geen hindernissen meer lijken. Want er is een kindje aangespoeld. Een dood kindje. Ik kan het beeld niet verdragen maar blijf kijken. Het verlamt me en maakt me verdrietig. Mijn besognes stellen niets meer voor.
Er is een kindje aangespoeld. Een volkomen onschuldig slachtoffertje van oorlog en geweld. Zijn familie zocht vrede, een veilig thuis. Nu is alleen de vader nog over. Zijn twee zoontjes en hun moeder zijn verdronken. Hij heeft nog geprobeerd ze te redden. Hoe moet die man verder?
Er is een kindje aangespoeld. Ik vraag me af hoe het mogelijk is dat mensen eerst foto’s van het peutertje gaan maken, in plaats van het gelijk op te tillen, af te drogen, het dode lijfje te verzorgen. Waarschijnlijk is de enige reden dat dit beeld de wereld in moet om mensen wakker te schudden. Hier kan niemand onbewogen onder blijven. Het einde van het leven van dit jongetje zou een begin van vrede moeten worden. Zodat dit niet voor niets is gebeurd.
Er is een kindje aangespoeld. Ik droog mijn tranen en ga koken. Eten. Kleine dochter ophalen. Opruimen. Douchen. Met een flinke mok thee “Expeditie Robinson” kijken. Het leven gaat door.
Er is een kindje aangespoeld. Hij heet Aylan. Dat betekent “vreugde”.
Vivianne Rijnders