Doorleefd

Opa Herman, deze rasechte feestgangert is gepositioneerd voor een willekeurige frietkraam op een willekeurig festival. Op ieder festival loopt er namelijk wel een opa Herman rond. Een doorleefde, getatoeëerde senior waar de sporen van een ruig leven duidelijk op te zien zijn. U kent hem wel, opa Herman is degene die nauwelijks opvalt in het festivalpubliek, maar wanneer hij over straat loopt altijd voor draaiende hoofden zorgt.
Met 65 levensjaren op de teller begint de tijd te dringen voor Herman; door een iets te risicovolle levenswijze beseft Herman dat de volgende tien jaren niet tot de mogelijkheden behoren. Daarom geniet hij van de tijd die hem nog rest. Vroeger was hij degene die op ieder feest vooropging in gebruik van feestmiddelen. Tegenwoordig staat de versnelling een tandje lager, opa Herman’s materiaalkast is namelijk niet meer wat het geweest is. Het hart is kwetsbaar en de hoestjes komen van diep. Reutelend rookt daarom hij sjekkies en drinkt hij bier. Volgens de dokter is koffie al uit den boze, laat staan al dat andere. Alle genotsmiddelen vergroten namelijk de kans op de sluimerende ziektes. Magere Hein staat permanent op de loer. ‘Ach, de dokter’, denkt hij. Volgens de dokter moest hij vijf jaar geleden al dood zijn.
Met een diepe zucht giet hij het halfvolle plastic bekertje zijn keel in. De diepe groeven in zijn gezicht bewegen bij het slikken. Met toegeknepen ogen draait hij zich naar me toe, ‘wietje roken?’ klinkt het uit de schorre keel. De vergeelde baard en snor verraden dat dit niet sporadisch is. Dagelijks zelfs.
Een verse rochel met een beetje bloed bereikt de grond voordat opa Herman het zakje met groene planten uit zijn zak pakt. ‘Vroeger spoot ik speed en snoof ik cocaïne, nu hou ik het maar bij dit’, vertrouwt hij me toe. ‘Als ik dat nog eens zou doen is de klok op’ voegt hij eraan toe. Hij grinnikt bij de gedachte aan doodgaan, bang is hij nergens meer voor.