De vloek van 9292
"Ik wilde niet naar een specifieke plek, zocht geen bepaalde route, wilde alleen maar naar de woestijn." Schrijft Roelant Meijer in zijn boek ‘Saharazand’. In 2010 trok hij 14 dagen door de zandduinen van Erg Murzuq, samen met 24 kamelen, 4 Toeareg, 1 bewapende politieagent, 2 expeditieleiders en 12 ervaren reizigers. Over deze reis maakte hij een prachtig fotoboek. En dat boek wil ik op mijn gemak bekijken in de intercity van Utrecht naar ‘s Hertogenbosch. Die om 18.08 uur vertrekt. Spoor 14.
Ik stap in de trein, open het boek en bewonder zandkorrels. Groeven in rotsen. Schaduwen. Duizenden steentjes. De meest wonderlijke lijnen, ontroerende kleuren. Ik neem de tijd, laat elk beeld op me inwerken. En ik voel de rust die Meijer moet hebben gevoeld, zijn ontzag voor de machtige Sahara, de stilte in zijn ziel. "Je denkt niets, voelt niets, hoeft niets", schrijft hij. "Leegte is prachtig."
Naast me vraagt een moeder aan haar dochter of ze opa zal sms’en, want volgens haar mobieltje gaan ze de aansluiting missen. Maar het dringt niet tot me door. De kracht van de foto’s is groter. "Wie niet in de woestijn is geweest, heeft nooit de stilte gehoord", fluistert Meijer. En ik begrijp hem. Ik hoor die stilte nu ook. Ik loop naast een kameel, mijn hoofd ingepakt in doeken, voel de wind, staar voor me uit. De weg is lang, we moeten nog ver, maar het is goed zo, ik voel rust, alles is wat het is.
"Je bent onderweg", moedigt Meijer me aan. "De rest is onbelangrijk." Maar daar is mijn buurvrouw het niet mee eens. Wanhopig zoekt ze op haar mobiel naar een alternatief reisplan. Ze wil dat haar dochter met haar meedenkt, maar die snauwt haar iets toe. Er ontstaat spanning, ruzie, en die verbreekt de betovering. Ik duik in mijn boek, probeer me af te sluiten voor hun gekibbel, maar het lukt niet, het is te laat.
Dan pas zie ik dat we in een stiltecoupé zitten. Ik kan vragen of de kemphanen hun mond willen houden, maar weet dat het geen zin heeft. Ik ben niet in de eindeloze woestijn, ik ben in het land van 9292. En in dat land willen mensen WEL naar een specifieke plek. Snel en efficiënt alstublieft. "Er is een begin en een eind en iets daar tussenin", probeert Meijer het nog. Dát is reizen. Met drie minuten vertraging komen we aan in Den Bosch. "Dit nooit meer!", roept de moeder vertwijfeld. "De volgende keer pakken we écht de auto."