Allicht, logischerwijs, maar natuurlijk!
De irritante vanzelfsprekendheid van de dingen om ons heen; ik ben er klaar mee. Van het opgroeien in veiligheid tot aan het grote goed wat men vrijheid heeft genoemd, we vinden het hier allemaal zo normaal. Ja, daar ben ik goed klaar mee. Dat wil trouwens niet zeggen dat ik er zelf niet aan mee doe. Integendeel. Het werkt wat dat betreft waarschijnlijk hetzelfde als met vooroordelen. Velen van ons zullen beweren of willen dat ze die niet hebben, maar iedereen doet er aan mee of je het nu wilt of niet. Zo is het ook met die irritante vanzelfsprekendheid waar ik het graag even over wil hebben, al wat het alleen om m’n frustratie kwijt te raken. We bezitten het namelijk allemaal en dat is logisch. Het wordt daardoor op zichzelf weer een vanzelfsprekendheid – de vanzelfsprekendheid van het belangrijke zaken vanzelfsprekend vinden – want hoe kunnen we nu elke dag stil staan bij het feit dat schoon water een groot goed is en dat niet ieder mens in staat is zich te omringen met de mensen van wie hij houdt. Dit is onmogelijk en waarschijnlijk zouden we op die manier de hele dag met niets anders bezig kunnen zijn: alleen al bij het tandenpoetsen zouden we ons gelukkig moeten prijzen met de beschikking over goeie tandpasta, goede tandartsen, schoon stromend water etc. Zoals ik al zei; onmogelijk. Niets meer dan het lot heeft voor ons bepaald dat we veelal in barmhartige omstandigheden kunnen opgroeien en dat veel zaken (zoals tandenpoetsen) als vanzelf gaan. Dat wil echter niet zeggen dat we niet wat vaker kunnen denken aan de mensen voor wie de enige vanzelfsprekendheid is dat de volgende dag de zon weer op zal gaan. We leven in een tijd waarin vluchtelingen gelukszoekers worden genoemd. In een tijd waarin foto’s opduiken van kinderlijkjes drijvend in de Middellandse Zee (het geen wat de idiotie van de term gelukszoeker nog maar eens benadrukt). In een tijd waarin gezinnen uit elkaar gerukt worden omdat er gevaar op de loer ligt. In een tijd waarin vluchtelingen worden opgesloten in stadions in een land waar ze de taal niet spreken en waar alles onbekend is. Ja, in die tijd vind ik dat we vaker moeten stilstaan bij datgene wat ons zo vanzelfsprekend lijkt, maar dat overduidelijk niet is. Doet u vandaag eens met me mee, als is het maar voor even.