Vakantiestress
Daar sta je dan, op de luchthaven. In gedachten zie ik steeds weer de berichtjes van mijn nicht voorbij komen:”Je mag maar 7 kg mee hoor!”
Volgens kenners is het er snikheet, dus veel hebben we niet nodig, al zijn er natuurlijk dingen die gewoon mee moeten “just in case”.
Zeven kilo, dat klinkt niet veel maar als ik mijn koffertje zo voel, moet het haast wel gelukt zijn.
Een beetje zenuwachtig wacht ik mijn beurt af en dan eindelijk is het zover, mijn koffertje wordt gewogen. Vijf kilo! Yes, I did it! Zelfs inclusief mijn eigen föhn en reisstekker, want hoewel de hotelkamers luxe zijn ingericht, zelfs inclusief föhn, het is NIET mijn eigen!
Dan is mijn zoon aan de beurt. Wat in mijn koffertje niet meer paste, zit stiekem in die van hem. Een mooi nieuw rood koffertje, vlak voor de vakantie toch nog maar even aangeschaft omdat de beschikbare versies van opa en oma allemaal ondermaats waren en dat is jammer want dan kan er minder mee.
“Zet je koffertje maar in de bak”, zeg ik tegen hem. Tot mijn grote schrik zet hij er drie rugzakjes in. “Wat is dááát?”, vraag ik “Wáár is jouw koffertje?”. Hij kijkt me geschrokken aan en zegt:”Dit moet óók mee”. De rij achter ons wordt steeds langer, maar ze zullen moeten wachten. Ik inspecteer de rugzakjes, wat ik zie zijn autootjes, voetbalplaatjes, “ping pong batjes”, Donald Duck pockets, een Nerf-geweer inclusief doosje munitie en zijn drie knuffels want anders “kan hij niet slapen”… “Wáár is jouw rode koffertje”, vraag ik nog een keer en ik voel de paniek opkomen. Hij haalt onverschillig, maar met een beetje angst in zijn ogen, zijn schouders op en zegt:”Ik dacht dat jij die had”…
Ik schrik wakker, 6.38 u., op mijn vrije dag! Nog twee dagen werken, de vakantiestress is officieel begonnen…