Michelin Mark (Kostendelersnorm)
Een aantal weken geleden zag ik op tv een voorstelling van Marc-Marie Huibregts. Hij had het over de ‘dikke-ik’. Leuk, vol met grappen en vooral zelfreflectie. Marc-Marie durfde zich kwetsbaar op te stellen.
Een paar dagen daarna hoorde ik de speech van Mark Rutte op het voorjaarscongres van de VVD. Evenals Marc hekelde Mark de ‘grote dikke-ik-mentaliteit’. Maar Mark toonde geen zelfreflectie. ‘Als het tegenzit, roei je gewoon een beetje harder. Dat zijn de waarden van hardwerkend Nederland.’
‘Energievretend,’ noem je het als mensen op een verjaardag zeggen dat ze nog ‘tien jaar moeten’. Mensen die jaar na jaar reorganisaties meemaken, al twee keer naar hun eigen baan hebben moeten solliciteren, ieder jaar het zwaard van ‘boventallig’ boven hun hoofd zien hangen. En dan ook nog zeggen dat ze, als ze hun baan verliezen, ‘het adres van het UWV al in de hand hebben…’
‘Deze mensen mogen best van een ander een duwtje in de rug krijgen,’ zegt Mark… Maar Mark, je kunt er niet over oordelen; als je ooit als werkloze op een verjaardagsfeestje wordt uitgenodigd, dan is daar de vraag hooguit: ‘Ben jij al voor een nieuwe functie gevraagd…?’
Mark geeft af op collega-politici die op werkbezoek gaan als ‘antropologen’, en volgens hem niet deel uitmaken van de mensen door ze als ‘burgers’ te betitelen.
Maar wat doe je zelf, Mark? Je verkleedt je in een gewatteerd oubollig jack als Michelinmannetje als je op campagne gaat. Waarom? Om stemmen te winnen voor je partij en het verstandshuwelijk met de PVDA te redden. De ‘kinderen’, minima en asielzoekers in gekapseisde bootjes, doe je geen goed door dit huwelijk in stand te houden, maar daar gaat het je ook niet om. ‘Als het je tegenzit dan roei je maar wat harder,’ zegt Mark.
Zijn verstandsvrouw Jetta Klijnsma staat aan de oever op haar rollator te leunen. ‘Poeh, poeh,’ zegt ze, ‘het valt niet mee hoor als je tot de minima behoort.’ Ze heeft een priem in haar handen terwijl ze toekijkt hoe de minima – die door de kostendelersnorm fors gekort worden – verdrinken; minima, bestaande uit bijvoorbeeld een ouder met een nog thuiswonend (gehandicapt) kind. Belletjes lucht stijgen op in het water. ‘Tja, dan moet je maar wat harder roeien,’ zegt Mark. En Jetta? Jetta ziet niets meer in dit huwelijk. Maar wat moet ze? Als ze gaat scheiden dan komt ze ook in een bootje terecht waar ze met haar handicap – door haar eigen beleid – nooit meer uit komt. En de kinderen zullen al verdronken zijn.