“Wiet is net zo gebruikelijk als een drankje”
Als je buiten bent, en om je heen kijkt zal je ook wel iemand zien die er aan doet.
Want voortaan als je naar een festival bent, hoort een pilletje erbij.
Of als je even met mooi weer, buiten afspreekt met vrienden heeft vast wel iemand een jointje die hij aan je aanbied. En hoe kan je dan nou nee zeggen?
Nou, dat is eigenlijk heel simpel. Je hebt niet voor niets op de basisschool geleerd “Stop. Hou ermee op, ik vind dit niet meer leuk.”
De jeugd van nu schijnt het te zijn vergeten, ze hebben misschien last van de groepsdruk. En schijnt niet op school of naar hun ouders geluisterd te hebben, wanneer ze gewaarschuwd werden voor de gevaren.
Van het een leid het naar het ander. Van een keer blowen, ga je het vaker doen. En dat gaat dan weer vaker goed, dus waarom zou je niet dan een keer een pilletje doen? En het ergste is, dat voor mijn gevoel ik een van de weinige ben die tussen de 16 en 25 jaar is, die er altijd al nee tegen heeft gezegd. Er niet aan moet denken het te doen, en ook het liefste niet met mensen omgaat die het wel gebruiken. Dat is nog een lastig doel, want wiet is voortaan net zo gebruikelijk als een drankje.
En natuurlijk ben ik dan zelf heel hypocriet, want drank valt ook onder de “softdrugs”. Maar ik weet van mezelf dat ik de grens daarbij weet. En natuurlijk ben ik niet de heiligste en zoek ik die grens daarbij ook een keer op.
Maar het benauwd me, het benauwd me dat zo veel mensen voortaan aan de drugs zitten. Want ik wil geen vrienden die daar aan doen. En dan word ik raar aangekeken omdat ik niet vaak of graag naar buiten ga, dat ik geen vriendengroep heb. Dat mijn laptop mijn beste vriend is geworden.
En dan vraag ik me af; wat moet ik dan? Ik heb de keuze tot het internet-leven, of een vriendengroep, waarbij de drugs erbij zit.
De middenweg is de afgelopen jaren weggeveegd.