De scherpte van de pen

Al jaren wil ik schrijven, nee, al jaren wil ik publiceren. Sinds het begin van dit jaar schrijf ik voor mezelf stukken van 400 woorden. Vorige maand ontdekte ik dat mijn zelfbedachte grens van 400 woorden precies gelijk was aan de lengte van column in Metronieuws. Toen wist ik dat dat mijn eerste platform zou worden.
En een korte tijd geleden hoorde ik van een vriend een verhaal. Dat liet me niet los en ik schreef er mijn 400 woorden over. Toen ik het een paar dagen geleden herlas raakte het me weer en ik besloot: dit wordt mijn eerste column.
Op een dag was het zover. Ik besloot ik de stap te nemen om te publiceren. Een account had ik al eerder aangemaakt en al snel gaf de Metro antwoord: de column stond online. Spannend vond ik het en blij mailde ik rond. Natuurlijk ook naar de vriend van wie ik het verhaal had gehoord – dat was immers de inspirator van mijn eerste echte column! Terwijl ik nog bezig was met het delen van het nieuws via de mail en Facebook kwam zijn reactie: vol van woede. Angstig, argwanend, agressief. Hierop had ik totaal niet op had gerekend: het verhaal had me juist geïnspireerd tot het schrijven. Ik was zo trots en – eerlijk gezegd – zelfs een tikje jaloers.
Een half uur later was er geen verhaal meer. Mijn Facebookbericht heb ik ingetrokken. De Metro hielp me met het terugtrekken van de column.

En ik? Ik was zo trots op mijn eerste column, op mijn eerste online publicatie. Het was niet mijn bedoeling geweest om wie dan ook te beledigen, boos te maken of vertrouwen te beschamen. Het was mijn verhaal geweest, geïnspireerd op echte feiten. Het leert me hoe scherp de pen kan zijn. Hij snijdt dwars door een vriendschap heen.
De originele titel van mijn column was “weten wat je wilt”. Ik was jaloers op dat “weten”. Maar dank zij de tegenwerking van een vriend, juist dank zij de vriendschap weet ik zelf nu wat ik wil.

En ik schrijf:
Ik sta op nieuwe grond,
De rest moet zich nog vormen.
Ik moet de regels leren
Er is nog niets.
Maar ik sta op nieuwe grond.