Lef

Smart 7 mei 2015

Lef. Had ik het lef maar gehad. Had ik vorig jaar maar mijn ballen laten opspelen en mijn stellingen op Ruttes torenkamerdeur vastgespijkerd. Stellingen die spreken over het dempen van de vrije markt. Stellingen die vooral de onderbuik aanspreken: waar gaat het écht om in het leven? In hoeverre houdt de mens rekening met zijn medemens, én met zijn leefomgeving?
Hebben wij een democratische samenleving? Zijn we ondergeschikt geraakt aan geld, aan controle, aan macht, aan statistieken, aan angst?

Ik werd afgeremd door een welgemeend en vluchtig advies: met een eenmansactie loop je het risico om als dorpsgek verder door het leven te gaan, aldus de woorden van een bekende. Het gevoel van onbehagen mengt zich echter nog steeds door een vleug lafheid. Waarom had ik niet de moed om Mark, en de rest van het democratisch establishment, de oren eens flink te wassen? Om het faillissement van onze samenleving met vetgeschreven woorden te kleuren? Om te smeken dat ons land een broodnodige verandering nodig heeft?!

De gesel van de vrije markt en de mantra van het liberalisme bezorgen ons een illusie. Een vrije markt bestaat in mijn ogen niet, simpelweg omdat niet iedereen de vrijheid heeft om toe te treden tot de markt.
De Koreaan Ha-Joon Chang, een econoom die zijn vak doceert aan de universiteit van Cambridge, vertelt in zijn boek ’23 dingen die ze je niet vertellen over het kapitalisme’ helder over de waan van de vrije markt.
Vrijheid is mooi, een prachtig liberalistisch uitgangspunt, maar vrijheid is in onze samenleving niet voor iedereen weggelegd. Vrijheid is een relatief begrip, altijd geweest: steeds meer Nederlanders worden gedwongen om, als slaaf, te betalen voor gangbare diensten. Kijk maar eens naar het fenomeen studeren. Ik heb geen kinderen, en ik hoef mij geen zorgen te maken over schoolgeld, over studiebeurzen en over studieleningen. Maar ik kan u garanderen dat de huidige liberalistische wind alleen gunstig waait voor gefortuneerden: de rijken worden rijker, de groep armlastigen – zelfs de onaantastbare welgestelde middengroep krijgt het moeilijk – groeit met de dag. Waarom kunnen wij als mensen er niet voor zorgen dat voor iedereen onderwijs, gezondheidszorg en openbaar vervoer daadwerkelijk, en in alle vrijheid, toegankelijk zijn?

Het ontbrak mij aan lef. Ik hoop dat u daarvan geen last heeft.
Ons land heeft meer dan ooit burgerlijke ongehoorzaamheid nodig. Het vergt lef om buiten de randen te kleuren. Ik wens u veel lef.