Sir, yes Sir!
Een auto zoeft over het glimmende wegdek, op weg naar zijn bestemming: ‘De hel’. Vier personen vullen de ruimte van het zwarte gevaarte. Er heerst spanning, angst voor dat wat komen gaat en er klinkt een onzekere lach.
Zonnestralen strelen de wangen. Het ontspant, heel even en dan dringt de boodschap van de brief weer tot ze door. Schuldig! Is de unanieme uitspraak. Hadden ze de oproep kunnen negeren? Zich vleien op een terras in de zon? Nee, dat zou laf zijn. Er is geen andere keuze dan zich over te geven als een mak lam op weg naar de slachtbank. De bijl zal vallen. Hopen dat die niet bot is.
Ik ben één van de vier. Moeder van vier kinderen, in het circuit word ik ‘The Writer’ genoemd en tien jaar is wat mij te wachten staat.
‘Kunnen we nog terug?’ vraag ik aan mijn partners in crime.
‘Nee,’ klinkt het resoluut. Ik had mijn pennen niet als wapens mogen gebruiken. Fout!
Enkele uren later sta ik voor de poorten van mijn hel. Omheind met prikkeldraad, camera’s en gewapende bewakers die mij geen blik waardig gunnen. Ik neem afscheid van mijn drie maatjes en word het terrein op gedirigeerd. Dit is het dan. Ik ben geïmponeerd door het gebouw, de energie en de tralies.
Binnen word ik toegeschreeuwd: ‘Voor je kijken! Niet praten! Niet lachen!’
Ik krijg een veel te kleine overall toegeworpen, maar ik durf niets te zeggen.
‘Doorgaan! Opschieten!’
Ik wurm mij erin, het gaat moeizaam.
‘Voor je kijken! Met je rug tegen de muur! Sneller!’
De adrenaline giert door mijn lijf, een foto wordt gemaakt en voor ik het weet sta ik op appèl. Regels worden medegedeeld en de boodschap dat God hemzelf voor ons staat.
‘Hebben jullie mij begrepen?’
‘Sir, yes Sir,’ klinkt het voorzichtig.
Het is niet goed genoeg, we moeten gehoorzamen. Ik kijk om me heen, hoofden worden afgewend. Het is hier duidelijk ieder voor zich.
‘Nog een keer: Hebben jullie mij begrepen?’ klinkt het bars.
‘Sir, yes Sir,’ galmt het als een kanonskoor over de binnenplaats.
De Sir is tevreden en wij mogen gaan. Op weg naar de cel, die achter mij in het slot valt. Het spel gaat beginnen, het reality spel: Prison Escape. Ik doe dit vrijwillig. Toch vraag ik me heel even af: ‘Waar ben ik in vredesnaam aan begonnen?’
Wil ik dit?
Sir, yes Sir!