Niet mokken maar wokken
Het Wok-Akkoord is er door in de Tweede Kamer. Het Wok-Akkoord is een afspraak met de Aziatische restaurants in Nederland, waarin staat dat er jaarlijks 1000 koks uit China en Japan legaal het land in mogen om de restaurants van geschoold personeel te voorzien. Natuurlijk geldt bij ons het Poldermodel, dus voor wat hoort wat. Er is een voorwaarde gesteld aan die influx van deze verre vreemdelingen: in ruil voor dit gulle gebaar moet de sector Nederlandse koks gaan opleiden.
Ik schets even een beeld van hoe dat in zijn werk gaat. Tim, zijn VMBO- koksopleiding net afgerond, gaat in de leer bij de Japanse Meester-kok Hyjamoto. Deze kok kan in tien seconden met een vlijmscherp mes een meter lange tonijn van zijn vinnen, kop en organen ontdoen, er razendsnel twee dunne filets af snijden, die in een enorme wok met hete olie deponeren zonder zich te branden, tegelijk met zijn andere hand kruiden en groenten erbij doen, en daarbij een Japans liefdesgedicht opzeggen. Tim mag in het begin het knechtje zijn van Hyjamoto, want een Japanse Meester-kok laat zich door zo’n rood gekuifde polderjongen niet vertellen hoe hij zijn keuken runt. Dat de arme jongen de eerste dag een Thais pepertje voor een worteltje aanziet en een half uur met zijn hoofd onder de kraan hangt, is nog te aanvaarden voor de Oosterling. Dat hij met zijn tengels aan het heilige messenblok durft te komen wordt de knaap bijna fataal, ware het niet dat de bedrijfsleider er net op tijd tussen springt. In het Japans legt de zwetende manager aan de kok uit dat er in Nederland andere omgangsvormen zijn. Na een fiks aantal diepe buigingen en excuses van Tim mag deze bij Hyjamoto blijven werken.
Het is best lastig als je in een keuken alleen met gebaren met elkaar communiceert. Dat Hyjamoto geen Nederlands spreekt is voor iedere Japanner vanzelfsprekend, het Japans is een wereldtaal vinden ze. Tim moet Japans leren als hij de Sushi van de Wushi wil leren onderscheiden. Dat Tim de Japanse woorden na twee weken nog niet machtig is ligt natuurlijk aan het VMBO, waar het Japans helaas pas in de kinder-geta’s staat. Dat het onderwijs hier wel meer tucht en discipline kan gebruiken, hoef je een Japanner niet te vertellen. Dat weet zelfs de kleinzoon van Hyjamoto, die ooit zijn grootvader in Nederland gaat opvolgen als Meester-kok.
Tim, succes jongen!