Het grijze gebied van Acceptatie
Weer achter dezelfde mensen, en weer alleen. Want ‘alleen’ is de atmosfeer geworden waarin jij je op dit moment al een half jaar in bevindt.
Eerst deed je alsof je het niet door had, de ontkenningsfase in de volksmond genoemd. Maar als je al een paar maanden onbewust wordt verstoten door diegenen van wie je dacht dat ze dat nooit zouden doen, ga je je toch dingen beseffen.
Waarom wordt er niet meer op je gewacht? Waarom loop jij steeds maar alleen? Hoe kan zoiets tegenstrijdigs toch zo parallel lopen aan elkaar? Je merkt dat omdat jij onbewust verstoten wordt, je jezelf nog meer gaat afzonderen en je noodgedwongen met mensen praat met wie je normaal nooit zou praten. Maar nog steeds trek je je elke keer weer terug naar de mensen die jou blijkbaar zijn vergeten. En het ergste is misschien nog wel het feit, dat ze het zelf niet doorhebben. Ze hebben niet door dat jij steeds achter loopt, ze hebben niet door dat je over het algemeen angstig stil bent, ze hebben niet door dat ze niet meer doorhebben dat ze je verstoten.
Ik stel mezelf deze vragen af, zet ze vervolgens in de ‘je’-persoon om het wat universeler te maken, terwijl het toch écht om mij draait in dit filosofisch denkprobleem.
Het voelt alsof je totaal vervreemdt van diegenen die je toch zelf hebt uitgekozen. En dat allemaal omdat jij niks verkeerd hebt gedaan, maar gewoon om het bittere feit dat je ‘vergeten’ bent.
Nu denk je natuurlijk aan stap twee, acceptatie. Maar Acceptatie is maar van korte duur, want stap drie staat al om het hoekje te loeren. Stap drie, die de naam ‘Confrontatie’ met zich meedraagt, is maar al te blij jouw sappige problemen aan te horen om vervolgens een harde klap in je gezicht te geven met het onderschrift: “Sta verdomme nou eens op voor jezelf!”
“Oké,” denk je bij jezelf. Maar als je dan tot het huiveringwekkende en slepende moment bent gekomen je hartje te luchten bij de mensen die jou altijd zouden moeten opvangen, krijg je niet de antwoorden te horen waar je zo vurig op gehoopt had.
Je krijgt lichte klappen van ontkenning te verduren, de fase die jij al lang voorbij bent en samengaat met fase twee, Acceptatie, die nu in zichzelf grinnikt: “Had je maar niet moeten overstappen naar Confrontatie”.
En nou denk je bij jezelf, was ik te naïef? Nee dat was je niet. Acceptatie staat met open armen klaar om je grijze wereld op te vangen. Een grijze wereld waarin je alleen maar denkt: “Mag ik hier al weg?”