Ajax pas goed op stoom als het eerste goal scoort
Ajax kan dinsdagavond voor het eerst in de 21ste eeuw de halve finale van de Champions League bereiken. Het wordt wel een loodzware klus voor de koploper van de Eredivisie.
Op een goede honderd kilometer van Milaan, de plek waar Ajax zestien jaar geleden tegen AC Milan op het allerlaatste moment de halve finale van de Champions League aan zich voorbij zag gaan, speelt Ajax dinsdagavond voor het eerst sinds die vermaarde 23 april 2003 om een plek bij de beste vier clubs van Europa.
De Nederlandse stuntploeg gaat na het 1-1 gelijkspel in de Johan Cruijff Arena op bezoek bij misschien wel de topfavoriet voor de beker: Juventus. Het is op papier andermaal een schier onmogelijke opdracht. Alleen al sterspeler Cristiano Ronaldo kostte Juventus ruim twee keer zoveel (100 miljoen euro) als dat Ajax-directeur Marc Overmars voor de basisploeg heeft betaald.
Dat soort statistieken werd er bijna anderhalve maand geleden ook bijgehaald toen Ajax afreisde naar Real Madrid. Destijds was het thuisduel bovendien met 1-2 verloren gegaan en leek de missie onmogelijk. Niemand gaf de ploeg van Erik ten Hag echt een kans. Volgens José Mourinho, altijd goed voor een grote uitspraak, was het al 99 procent zeker dat Real Madrid door zou gaan. Maar die ene andere procent werd de waarheid. Ajax speelde een van de beste wedstrijden van de clubhistorie en veegde de titelhouder met 1-4 van de mat. Zo’n nieuwe stunt wordt er ook in Turijn verlangd, maar of het realistisch te noemen is…
Cristiano Ronaldo
De verwachting is dat het defensief wat solidere Juventus zich niet zo makkelijk in de luren zal laten leggen als de Madrilenen. Daarnaast heeft Ronaldo al vaker bewezen dat hij op belangrijke avonden een ongekend niveau kan halen. Een week nadat Ajax huishield in Estadio Santiago Bernabéu, veegde Ronaldo in zijn eentje die andere club uit de Spaanse hoofdstad het Champions League-toernooi uit. Atlético had het thuisduel weliswaar met 2-0 gewonnen, maar een feilloze hattrick van de Portugees zette de wereld op zijn kop.
Daar komt nog eens bij dat Ajax niet in zijn sterkste opstelling kan spelen. Linksback Nicolás Tagliafico is na zijn onnodige gele kaart van vorige week geschorst. De Argentijn heeft al meermaals bewezen goud waard te zijn. Zijn grote kaartenlast – in dertien Europese duels pakte hij maar liefst acht keer geel – gaat doorgaans gepaard met een heilig vuur dat overslaat op de rest van de groep.
Nicolás Tagliafico
Dat werd eerder dit seizoen pijnlijk duidelijk toen Tagliafico ontbrak vlak na de winterstop. In twee van die duels werd de verdediging op een hoop werd gespeeld (4-4 thuis tegen sc Heerenveen en 6-2 uit bij Feyenoord). Waarschijnlijk zal ten opzichte van de heenwedstrijd Noussair Mazraoui zijn plaats innemen.
Ook is er enige onzekerheid rondom Frenkie de Jong. De middenvelder viel afgelopen zaterdag tijdens de 6-2 zege op Excelsior uit met hamstringklachten. Hoewel hij lijkt te kunnen spelen, is nog altijd maar afwachten hoe het gaat als de wedstrijd onderweg is.
‘Gelukkig’ is de tegenstander ook niet gevrijwaard van blessures. Net zoals in Amsterdam ontbreekt aanvoerder Giorgio Chiellini, waardoor de verdediging van Juventus toch een stuk minder sterk is dan anders. Verder is de razendsnelle Douglas Costa – die vorige week nog op de paal schoot – een twijfelgeval, evenals Mario Mandzukic. Daartegenover staat wel dat middenvelder Emre Can weer fit genoeg is om het veld te betreden.
Matig begin
Toch hangt de kans op een stunt vooral af van de vorm van Ajax zelf. Dit seizoen lijkt het in de Champions League bijna wedstrijd voor wedstrijd een hoger niveau aan te tikken. Zowel Bayern München als Real Madrid kreeg daar dit seizoen al mee te maken. Waarbij niet mag worden vergeten dat Ajax zowel in München als Madrid matig aan de wedstrijd begon.
Mats Hummels opende namens Bayern al razendsnel de score en het had niet veel gescheeld of Raphaël Varane had Real met het hoofd vroeg op voorsprong gezet. In beide wedstrijden ging Ajax pas echt goed spelen, toen de eerste goal viel. Alsof er bij het elftal collectief een last van de schouders afviel en het vertrouwen in eigen kunnen zienderogen toenam. Dus is het cruciaal om net als in die wedstrijden de eerste kans te benutten.