Jägermeister en peuken tegen de kou in stadion
Als de duels niet worden afgelast trotseren supporters woensdagvanavond de ijskou om naar de halve finales (Feyenoord-Willem II en AZ-FC Twente) te kijken. De gevoelstemperatuur kan dalen naar maar liefst 15 graden onder nul. Vier fans vertellen hoe het is om te vernikkelen in een voetbalstadion.
Stinkvoeten
Er was geen betaalbare vlucht naar Boekarest te vinden, dus huurden een paar honderd supporters van FC Twente in december 2009 een vliegtuig om het Europese duel tussen Steaua Boekarest en hun club bij te wonen. Eenmaal in het stadion aangekomen bleek er een enorm pak sneeuw te liggen op de tribunes. „We stonden er tot aan onze enkels in”, weet Mark Middelhuis nog goed. „De wedstrijd begon om 19:00 uur en we waren er al om 17:00 uur. De rest van het stadion was nagenoeg leeg, alleen het uitvak was goed gevuld. We moesten het zonder koffie en eten doen en naar de wc gaan moest achter de tribune in de sneeuw. Het was -10, maar de gevoelstemperatuur lag rond de -20 graden. Stonden we daar met kletsnatte schoenen. Na de wedstrijd zijn we zo snel mogelijk naar het vliegveld gegaan en kwamen we bij een koffietentje een beetje bij. In het vliegtuig deed iedereen zijn natte schoenen uit, dus heel erg lekker rook het niet. Het heeft zo z’n charme, want we hebben het er nog steeds over. Mooi toch?”
Sterke drank
Vanuit het Zeeuwse Goes brachten Marcel Tazelaar en zijn vrienden in 1991 een kleine versnapering mee om warm te blijven tijdens Ajax – Osasuna. „Kleine flesjes sterke drank. Volgens mij was het Jägermeister”, zegt hij lachend. „Het vroor een graad of 5, maar door de wind in het Olympisch Stadion leek het wel -15, net zoals deze week. We hadden veel lagen kleding aangetrokken en het was niet heel druk in het stadion, dus we konden mooi een beetje heen en weer dribbelen. Van de wedstrijd kregen we het in ieder geval niet warm, want er was weinig spektakel. Ik weet eigenlijk alleen nog dat Dennis Bergkamp op het bevroren veld met een afstandsschot scoorde. Eenmaal in de auto terug naar Zeeland warmden we weer een beetje op. Ik vind dat bij dit soort weersomstandigheden wedstrijden altijd door moeten gaan, want op de kou kun je je kleden. Pas als er heel veel sneeuw valt en het voor supporters gevaarlijk is om de weg op te gaan, moet de KNVB ingrijpen.”
Warme sfeer
Ferry Stoots mocht in 1993 op school kiezen tussen twee uitjes: een paar dagen naar Londen of naar de WK-kwalificatiewedstrijd Polen – Nederland in Poznan. Die keuze was niet zo moeilijk voor de voetballiefhebber. Nadeel was wel dat het steenkoud was in de Poolse stad. Bovendien moesten de Oranjefans van de politie al rond 16:00 uur richting het stadion, terwijl de wedstrijd pas om 20:00 uur begon. „We waren heel goed gekleed, maar op een gegeven moment hielpen al die lagen niet meer in die open betonnen bak waar de ijskoude wind vrij spel had. Gelukkig was de sfeer fantastisch. Er konden volgens mij 20.000 mensen in dat stadion en er waren slechts 1500 Polen, de rest van de fans kwam uit Nederland. Zo’n ambiance heb ik nooit meer meegemaakt. We wonnen met 1-3 waardoor we ons plaatsten voor het WK in Amerika. Daar kregen we het vanzelf weer warmer van. Ik vind sowieso dat we de kou soms een beetje overdrijven. Je zit twee uurtjes in het stadion, dat moet toch kunnen?”
Sigaretje
De temperatuur was niet eens zo heel laag, maar toch ging Ajax-supporter Gerard (die zijn achternaam niet gepubliceerd wil hebben) begin jaren negentig tijdens de rust naar huis. In het Olympisch Stadion was de wind zo guur dat het niet meer te harden was op de tribune. „Stervenskoud was het”, zegt hij. „Het regende ook nog eens, daardoor hielden we het gewoon niet meer vol. Een paar jaar later was het tijdens Ajax-Ferencvaros ook zo koud. Ik was toen net 18 jaar en we hadden voor de wedstrijd het nodige gedronken in de stad. Dat hielp wel een beetje, maar een vriend van mij had sigaretten gekocht om op de tribune zijn handen warm te houden. Terwijl hij nog nooit een peuk had aangeraakt.”