Toornstra: van bankzitter tot onmisbare schakel
In Enschede keek niemand vreemd op toen Giovanni van Bronckhorst op zondag 5 februari Jens Toornstra op de bank zette. De middenvelder was het slachtoffer van de terugkeer van Karim El Ahmadi, die met Marokko aan de Africa Cup had meegedaan. Voorin mochten Eljero Elia, Nicolai Jørgensen en Steven Berghuis het de Twentse verdedigers lastig maken, met in hun rug hulp van Dirk Kuyt.
Zonder morren nam Toornstra plaats in de dug-out, totdat hij iets minder dan een half uur voor tijd mocht invallen. Dankzij zijn loopvermogen liep de tegenstander al snel met de tong op de schoenen. Het was dan ook geen toeval dat Feyenoord in het laatste kwartier twee keer toesloeg.
Steunpilaar
Sindsdien is Toornstra niet meer uit de basis weg te denken en is het doorgaans aanvoerder Kuyt die het kind van de rekening is op momenten dat de trainer alle spelers tot zijn beschikking heeft. Want net als El Ahmadi is de 28-jarige Leiderdorper een van de belangrijkste steunpilaren van de koploper geworden. Naast zijn loopvermogen weet hij als geen ander tussen de linies te spelen en staat hij met veertien doelpunten gelijk aan bijvoorbeeld Ajaxspits Kasper Dolberg.
Ook op Eerste Paasdag was hij weer trefzeker. Tegen zijn ex-werkgever FC Utrecht was hij vlak na rust verantwoordelijk voor de bevrijdende 1-0. „Dat is voor mijn doen behoorlijk productief”, aldus de aanvallende middenvelder, die nog nooit zoveel competitiedoelpunten in een seizoen maakte. Er zaten een aantal wonderschone treffers tussen. „Ik train er niet extra op of iets dergelijks. Ze vallen gewoon lekker voor me, denk ik. Ik heb een paar mooie goals gemaakt, maar af en toe stond ik gewoon op de juiste plaats. Soms moet je een beetje geluk hebben.”
Voor de vijfde thuiswedstrijd op rij een treffer van @jenstoornstra. Lekker Jens! 🔴⚪️ #feyutr #Feyenoord pic.twitter.com/EftfnYjlGU
— Feyenoord Rotterdam (@Feyenoord) April 16, 2017
Toornstra zal altijd bescheiden blijven. En dienstbaar. De rol van rechtsbuiten vervullen? Geen probleem. Extra meters maken in de slotfase waarin een voorsprong moet worden verdedigd? Hop, daar gaat het loopwonder weer. Het zit in zijn voetbalgenen. „Ik ben geen andere voetballer geworden, sinds ik bij Feyenoord speel. Ik leg heel veel energie in een wedstrijd en ik loop veel om in de vrije ruimte te komen. Hier heb ik veel aan de rechterkant gespeeld, dus ik heb er een nieuwe positie bij gekregen. Verder is er niet veel veranderd, behalve dat ik beter ben geworden. Bijvoorbeeld in de kleine ruimte. Toen ik hier net speelde, had ik daar meer moeite mee, toen was het echt even aanpoten voor mij. Gelukkig heb ik nu een vast plekje veroverd.”
Vrede
Het enige wat dit seizoen op Toornstra is aan te merken is dat hij al zijn doelpunten in De Kuip maakt en niet daarbuiten. Met de uitwedstrijden tegen Vitesse en Excelsior voor de boeg is voor hem het ideale moment aangebroken om ook buitenshuis toe te slaan. Al zou hij er best vrede mee hebben als zijn trainer hem, net als toen in Enschede, weer eens op de bank zou zetten.
„Ik wil alles spelen, begrijp me niet verkeerd. Maar omdat ik dit seizoen al een belangrijke rol heb gespeeld, zou ik het nu makkelijker accepteren.” Waarschijnlijk is er geen haar op het hoofd van Van Bronckhorst die daaraan denkt.