Kwallen hebben geen hersenen, toch zouden ze slim genoeg zijn om ons hierover iets te leren
Ondanks het feit dat kwallen geen gecentraliseerd brein hebben, zijn ze veel slimmer dan eerder werd gedacht. Dat blijkt uit nieuw onderzoek.
Het onderzoek toonde aan dat de giftige Caribische dooskwal op een veel complexer niveau kan leren dan ooit werd gedacht.
Begrip van hersenen
Wetenschappers zeggen dat hun bevindingen ons fundamentele begrip van de hersenen kunnen doen veranderen. Het zou meer kunnen onthullen over onze eigen hersenen en het proces van dementie. Het onderzoek werd gepubliceerd in het tijdschrift Current Biology.
Kwallen en hun verwanten worden beschouwd als de vroegste levende dieren die een zenuwstelsel hebben ontwikkeld. Ze hebben alleen vrij eenvoudige zenuwstelsels, zonder gecentraliseerde hersenen.
Caribische dooskwallen
De Caribische dooskwallen zijn ongeveer even groot als een vingernagel en leven in Caribische mangrovemoerassen. Ze gebruiken hun indrukwekkende visuele systeem, inclusief 24 ogen, om tussen de wortels te jagen op piepkleine schaaldiertjes.
„Vroeger werd aangenomen dat kwallen alleen de eenvoudigste vormen van leren aankonden, waaronder gewenning, zoals een constant geluid of een constante aanraking”, aldus professor Anders Garm van de Universiteit van Kopenhagen, tegen Metro UK.
Kwallen kunnen leren
„Nu zien we dat kwallen een veel verfijnder leervermogen hebben en dat ze daadwerkelijk van hun fouten kunnen leren. En zo hun gedrag kunnen aanpassen”, aldus Garm. „Een van de meest geavanceerde eigenschappen van een zenuwstelsel is het vermogen om gedrag te veranderen als gevolg van ervaring.” Om te onthouden en te leren, dus.
„Voor kwallen is het namelijk belangrijk om bijvoorbeeld mangrovetakken te vermijden om te kunnen overleven.” De onderzoekers waren verbaasd over hoe snel ze al konden leren. Contrast bleek echter de sleutel te zijn.
Visueel contrast van belang
Professor Garm legt uit dat het inschatten van afstanden cruciaal voor ze is. „Uit onze experimenten blijkt dat contrast, hoe donker de wortel is in verhouding tot het water, door de kwallen wordt gebruikt om afstanden tot wortels in te schatten, waardoor ze op precies het juiste moment weg kunnen zwemmen.”
De relatie tussen afstand en contrast verandert dagelijks door regenwater, algen en golfslag. „We kunnen zien dat als elke nieuwe jachtdag begint, de dooskwallen leren van de contrasten door visuele gewaarwordingen te herinneren tijdens mislukte uitwijkmanoeuvres.”
Nieuw perspectief door kwallen
Dus ondanks het feit dat ze maar 1000 zenuwcellen hebben, kunnen ze verschillende indrukken met elkaar verbinden en van een verband leren. Zo leren ze eigenlijk net zo snel als fruitvliegen en muizen.
„Voor neurowetenschappers is dit behoorlijk groot nieuws”, aldus professor Garm. „Het biedt een nieuw perspectief op wat er mogelijk is met een eenvoudig zenuwstelsel. Dit suggereert dat geavanceerd leren een van de belangrijkste evolutionaire voordelen van het zenuwstelsel is geweest.”
‘Beter begrip van geheugen’
Het onderzoek geeft mogelijkheden om de precieze veranderingen te bestuderen die in een zenuwcel optreden wanneer deze betrokken is bij geavanceerd leren. „We hopen dat dit een supermodel systeem kan worden voor het bestuderen van cellulaire processen in het geavanceerde leren van allerlei dieren”, zei Garm. „Uiteindelijk zullen we op zoek gaan naar dezelfde mechanismen in andere dieren, om te zien of dit is hoe het geheugen in het algemeen werkt.”
„Een groot probleem in de toekomst zullen ongetwijfeld verschillende vormen van dementie zijn. Ik beweer niet dat we het geneesmiddel voor dementie vinden, maar als we een beter begrip kunnen krijgen van wat het geheugen is, wat een centraal probleem is bij dementie, kunnen we misschien een bouwsteen leggen om de ziekte beter te begrijpen en misschien tegen te gaan”, aldus Garm.
Onderzoek: 1 op de 4 mensen die gezond eet, verpest het met verkeerde tussendoortjes