Een verdwaald bos in de stad
Het is januari en de straten liggen vol kerstbomen. Alsof er een compleet bos besloot te gaan wandelen en verdwaald raakte in de stad. In hun zoektocht naar grond zijn ze één voor één uitgeput omgevallen. Sommigen zijn nog als buikige heertjes in groene herfstkleding getooid. Anderen liggen uitgedroogd en kaal op de koude stenen. De afgezaagde stompen zijn op twee plankjes getimmerd, waar ik, heiligschennis of niet, toch een soort Jezus-aan-het-kruis-gevoel van krijg. Een kille, slappe regen erbij en dat ouderwetse, laten we het Oud-Hollands noemen, mistroostige gevoel kruipt omhoog. Mijn ademwolkjes worden mea culpa’s vol koolzuur voor de gevallen bomen, die geen zuurstof meer als antwoord kunnen geven.
Waarom is onze feestvreugde pas compleet als er in de laatste weken van ons jaar een langzaam stervende boom in onze woonkamer staat? Traditie, is het antwoord dat in de meeste monden ligt bestorven. Maar tradities veranderen. Het zijn onze gewoontes die hardnekkig zijn. We zouden prima de kerstballen in onze kamerplanten kunnen hangen.
Het is niet alleen het weer en de dode bomen die me mistroostig maken. Deze week schoot Klaas Dijkhoff al voor de ondertekening het moeizaam tot stand gekomen klimaatakkoord af en in Brazilië worden de eerste stappen gemaakt om het Amazone-gebied als handelswaar te gebruiken. Onder de kersverse Braziliaanse president Bolsonaro is de eerste stap naar privatisering gezet. Hij heeft de belangen van de inheemse bevolking ondergebracht bij de minister van landbouw. Ook kreeg die meteen de bevoegdheid hun land af te bakenen en zo zal de belangrijkste zuurstoflong van de wereld binnenkort worden leeg getrokken.
Ik las in december het boek ‘Schorshuiden’ van Annie Proulx, wat gaat over de ontbossing sinds de eerste kolonisten in Amerika voet aan wal hebben gezet. Ook veel Hollandse ondernemers kwamen voorbij. Waar ze eerst Europa kaal kapten, hebben ze dat op globale voet voortgezet. Sinds dat boek kijk ik anders naar de bomen om me heen. Ik vind mijn wijk niet langer groen, maar de eiken en iepen die er nog staan, zijn eerder herdenkingsmonumenten van een voorbije tijd. Onder het mom van vooruitgang zijn we al zoveel verloren.
Wat een sombere overdenkingen, sprak ik mezelf toe en dat zo vroeg in het jaar al. Is er dan geen sprankje hoop? Goed, kerstboompjes kweek je in een paar jaar weer op. Oerwouden niet. We zijn al eeuwenlang gewend de wereld te gebruiken en te verspillen. Je zou dat bijna traditie kunnen noemen.