Help, columnist Lars zoekt de liefde van zijn leven
Ik ben eenzaam. Soms zelfs op het vreselijke af. Het is niet dat ik geen familie of vrienden heb. Die heb ik. Ik heb een hele wijze, mooie en lieve moeder. Ik heb een grote, sterke en slimme vader. In combinatie zijn ze zelfs een dreamteam. Ze zijn geweldig. Ik heb ook nog een broer en z’n vrouw, die fantastisch zijn. En die hebben dan weer twee hele lieve dochtertjes, waar ik meer van hou dan van het leven zelf. Maar ik ben alleen. Op begrafenissen en trouwerijen merk ik dat het beste. Dan heb ik geen ‘date’. Dan ben ik alleen. Ook wel eens als ik moet optreden ergens, dan hebben ze rekening gehouden qua consumptiebonnen en armbandjes met een partner. Ik heb altijd een extra bandje en twee keer zoveel bier.
Ik heb in elk geval nog goeie vrienden. M’n beste vriend heeft alles voor me over. Ik was getuige op zijn bruiloft en hij was getuige van mijn succes. Ik heb vrienden voor het leven op afstand, vrienden waarvan ik sowieso op aan kan. M’n liefste woont helemaal in Hilversum. Het is een geweldige Groninger met de behendigheid van een spits.
Maar goed. Familie, goeie vrienden. Ik ben evenzogoed eenzaam. Ik ga alleen naar bed. Op een enkele one-night-stand na. Ik word alleen weer wakker, ik ga alleen boodschappen doen, ik steek alleen de zebrapaden over. Alleen ga ik naar optredens, alleen kom ik weer thuis. Alleen.
Ik word steeds beter in alleen. Dat wel. Ik denk zelfs dat ik het leuk ga vinden. Maar wie weet, op een dag, zomaar om de hoek, kom ik ineens de liefde van mijn leven tegen. Daarom ga ik elke dag alles weer doen. Omdat het kán. Omdat ik zomaar op een dag, zonder dat ik het weet, ergens in kan lopen dat de rest van mijn leven verandert. En dan is alles goed. Ik ben benieuwd hoe dat voelt.