In andermans haar dansen
Ik mijd liever grote mensenmassa’s. Concerten, carnaval, de Bijenkorf op zaterdag; het duizelt me als ik de drommen zie. Ik moet wat van mezelf opheffen om op te gaan in een groter geheel. Ik haal diep adem, hoop er het beste van en verdwijn in de massa, waar ik later uitgeput en opgelucht weer uit verschijn. De meeste angsten zijn schijnangsten.
Het is lang geleden dat ik vrijwillig naar een concert ging, maar voor Fever Ray maakte ik een uitzondering. Op de academie hoorde ik haar muziek voor het eerst en was verkocht. De schrille beats en haar scherpe stem waren een protest. Ik begreep het niet, maar ik voelde het wel. Het was de stem van een oerverlangen dat dwars door alle verwachtingen van de maatschappij heen stootte. Dat meer mensen zich ontheemd voelen in het leven zoals het is, blijkt aan haar grote schare fans. De avond was uitverkocht.
Ik wist niet hoe ze eruitzag, want ook in haar publieke verschijning weigerde ze mee te doen aan hoe het hoort. Ik herinner me hoe ze eens een MTV-award accepteerde met een rode kap over haar hoofd. Ze tilde hem op om een masker van gesmolten vlees te tonen. De camera zoomde in en ze hijgde kort in de microfoon. Applaus volgde.
Op de pilaren in de zaal hing een persoonlijke boodschap van Fever Ray: hou de telefoon in de zak om dit moment met haar te delen, laat vrouwen vooraan staan en lange mensen achterin. Dat vond ik een mooie geste voor iemand als ik die klein geboren en gebleven is. Ik tikte tweemaal een lange man voor me aan. Hij negeerde me met de starheid van een doorgewinterde forens in een spits-trein. Ik probeerde voorzichtig langs een ander te stappen, maar die was te druk met filmen om me te zien. De vrouw waar ik toen achter stond imiteerde een bakstenen muur. Hoe opzwepend de muziek en de dansers op het podium ook waren, ze bleef onaangedaan stilstaan. Ik was duidelijk niet de enige met massavrees. Iedereen had zijn eigen overlevingstactiek gekozen. De meesten van ons waren afgesloten en bang voor beweging. Uiteindelijk belande ik, dansend, glippend, drukkend, op een plek waar ik het kon zien. Voor me zwiepte iemand wild met een lange paardenstaart in mijn gezicht. Even vond ik het irritant. Meebewegen, besloot ik. Meebewegen, dat is wat ik moest doen. Ik danste in het ritme van andermans haar. Zolang het duurde, werd ik daar even meer dan mezelf.