Boeten of prijzen
Het is fijn om te weten dat ophef nog uitmaakt; ING-topman Ralph Hamers ziet vooralsnog af van de achterlijk hoge opslag van meer dan vijftig procent die hem was toegekend. Niet omdat hij het zelf onevenredig vond, maar omdat ‘de publieke reactie in Nederland onderschat (werd) in deze gevoelige kwestie’.
Tja. Je kunt bankiers moraal niet bijleren, maar ze alleen pijn laten voelen waar ze het meest om geven; de portemonnee. De kwade ING-klanten die overstapten, kregen wél rede terug in de vorm van dit gedrag. Dat dimt het verlangen naar meer geld natuurlijk niet. Mijn voorspelling: binnen vijf jaar probeert hij het weer.
Zou iemand nou echt beter presteren van een enorme loonsverhoging of bonus? Onderzoek wijst uit dat mensen na een inkomen van zo’n 60.000 euro niet gelukkiger of effectiever kunnen worden. Waarom wordt dit dan toch in stand gehouden? Ook andersom, almaar harder straffen, wordt door de overheid als oplossing gezien. Sinds ik ’s nachts een radioshow presenteer, weet ik maar al te goed hoe streng de overheid is. De rit van Rotterdam naar Hilversum is bezaaid met flitspalen. Ook opiniemaker Francisco van Jole schreef erover in zijn laatste column. Ik had het genoegen om tweemaal in dezelfde week op het exact zelfde tijdstip (02:13 voor de liefhebber) door dezelfde paal te zijn gepakt; eenmaal vijf en eenmaal zes kilometer te hard; achtereenvolgens 36 en 42 euro. Als ik niet onmiddellijk bij machte zou zijn om dit te betalen, had ik een probleem, want binnen drie verhogingen kon ik een bedrag van in totaal 198 euro aftikken.
Wachten tot mijn loon uitgekeerd zou worden, wordt zo een race naar de bodem. Als er geen geld is om te betalen, kan ik niet meer geld wat ik niet heb betalen. De overheid creëert armoede onder de noemer ‘harde aanpak’ terwijl zijn voornaamste taak toch zou moeten zijn om zijn volk te behoeden van grote misstappen.
Een oude kennis en schuld-expert legde me onlangs uit dat deze schuldenverzwaring egoïstisch gedrag in de hand werkt: als er eenmaal geld binnenkomt, zal een schuldplichtige het meteen willen uitgeven. Dat gat van schulden is immers zo groot, daar dempt dat kleine inkomen niks meer aan. Naïef leende ik hem na dat gesprek wat geld. Dat heb ik vooralsnog niet terug. Ik hoop – tegen beter weten in – dat hij zijn schulden ervan heeft betaald.