Kunnen we ophouden met ‘Don’t look back in anger?!’
Steunbetuigingen door lichtprojecties op gebouwen, BN’ers die hun momentjes pakken, het NOS-journaal dat het voor elkaar krijgt verslag van aanslagen te doen zonder het woord ‘islam’ te noemen, het ge-jesuiswhatever, steunbetuiging op Twitter van onze politici, Jesse Klaver die niet eens meer de moeite neemt om de woordjes in een andere volgorde te zetten maar hey, uiteraard: dit nooit weer.
Je kunt de klok gelijkzetten op de volgende keer, dus hou op met dat ge-ditnooitweer. Kan iemand het lef, de daadkracht en het leiderschap tonen om dit te voorkomen, te benoemen en ook uit te voeren? Kan iemand, bij voorkeur iemand in een leidinggevende positie die kantoor houdt in het Torentje, uitspreken dat de islam een verdorven ideologie is? Een ideologie die tot een jaar of zestien terug voornamelijk moord en doodslag aanrichtte onder moslims in verafgelegen gebieden, maar nu z’n werkgebied heeft uitgebreid naar het Westen? Kunnen we ophouden met dromen dat ‘love will conquer all’ en vooral ‘don’t look back in anger’?
Hoezo ‘don’t look back in anger’?
Hoezo mogen we niet boos zijn?
Hoe kan het dat niemand boos is? Wordt?
Hoe kan het dat dat niet wordt toegejuicht? Wordt veroordeeld?
Hoezo geven we ons zo snel gewonnen?
Of heeft het ons nog niet genoeg geraakt?
Voor dat laatste is hoop: dat er nog meer doden uit naam van de islam zullen vallen, is evident. Met dank aan veiligheidsdiensten. En politiek. Sure, enough is enough maar het was in 2001 al enough. In 2004 ook trouwens. En was het afgelopen week bij Ariana Grande nog niet enough dan?
In onze westerse samenleving mag je niet haten, en dat terwijl iedereen weet hoe dun de lijn tussen haat en liefde is. Hoezo mag de een wél, moet de liefde zelfs, en mag haten niet? Ik haat ze, die moordenaars. Die extremistische moslims. Dat gewelddadige geloof. Die gewelddadige mensen. Ik haat ze. Het zijn niet mijn vrienden, ik heb ze niet lief, ze komen er bij mij niet in en ik mijd ze waar mogelijk. Ik háát ze. Maar mijn woede richt zich op onze politici. Zij zijn degenen die islamitisch terrorisme faciliteren, die tolerant zijn jegens een gewelddadige ideologie. Waarom zou je islamitische scholen faciliteren als er prima Nederlandse scholen zijn? Waarom zou je moskeeën toestaan, als daar haat gepredikt wordt jegens het westen? Waarom zou je ‘vluchtelingen’ toelaten, als het moslims zijn? Waarom zou je haatpredikers visa en verblijfsvergunningen geven, als het – o boy – haatpredikers zijn?
Ik haat degenen die mijn vrije manier van leven met geweld, moord en doodslag wensen omver te werpen, ik heb een afkeer van moslims die dit geweld toejuichen en ontkennen en ik wanhoop als ik zie hoe mensen op cruciale posities in onze samenleving, partij kiezen voor een ideologie die haat predikt en geweld uitoefent. Volgende week is het weer bingo. Maar heus, dit nooit weer.