Bang in vrijheid
Mijn moeder wil niet dat ik over Erdogan schrijft. Of over Turkije. Laat staan Nederturken. Elke keer als ik er ook maar één letter aan wijd, krijg ik een Facebookbericht – echt. “Wil je me dood hebben?!” IRL heeft ze het er niet over, omdat mijn reactie voorspelbaar is. Eentje van schouderophalen – die hele Erdogan kan mij geen ruk schelen. Geldt ook voor Turkije. En Nederturken.
Mijn moeder ziet er de humor niet van in. Laat staan dat ze de waarheid aankan. In haar perfect world, bezoeken haar kinderen en kleinkinderen haar minstens één keer per jaar in Turkije. Das war einmal – feitelijk is dát wat de NSB-turken voor elkaar hebben gekregen: het verstoren van mijn moeders’ gedroomde oude dag. Gelukkig hebben we de foto’s nog.
Angst voor een staatshoofd dat 3.500 kilometer verderop woont.
Angst voor de daden van Nederlanders, die spugen op de vrijheden van het land waarin ze wonen en hun ziel en zaligheid verkopen aan een vreemde mogendheid.
Nee, de integratie is goed gelukt hoor. Heus.
Vrijheid en veiligheid, de vanzelfsprekendheid ervan is zó ingebakken, dat we niet opkijken van het feit dat ónze MinPres aanschuift in een talkshow. Dat hij daar een promo-praatje voor herverkiezing mag houden, geloven we wel. Dat is het format van die talkshow. Bovendien is het verkiezingstijd, we geloven het toch niet. Die talkshow heeft iets afgekeken van het Libelle Nieuwscafé, waar bezoekers al jaren in gesprek gaan met politici. In verkiezingstijd heeft de talkshow besloten dat óók op de staatszender burgers elke avond vragen mogen stellen aan de politicus van dienst. En zo kan het gebeuren dat op de Nederlandse staats-tv de Nederlandse Minister-President geconfronteerd wordt met Nederlandse staatsburgers die hem het liefst voor een vuurpeloton zouden zetten en daar ook geen geheim van maken.
Dat die staatsburgers gelijk hebben in hun woede, staat buiten kijf.
Dat het goedkope tv is, puur bedoeld om kijkcijfers te scoren, staat eveneens buiten kijf.
Dat die staatsburgers hun woede mogen uiten, is een vanzelfsprekendheid.
Dat de MinPres die staatsburgers niet ter plekke laat oppakken ook.
Dat de staatzender vanavond weer uitzendt, óók.
Dat de gemiddelde Nederlander dat normaal vindt, is vrijheid. Bevochten vrijheid. Het is civilisatie: een doorsnee Nederlander heeft net zoveel recht op zijn mening, net zoveel recht op woede, net zoveel recht op vrijheid om die kenbaar te maken, als de MinPres.
En dat álle Groningers marktconform gecompenseerd moeten worden voor hun geleden leed, is een recht waar geen Nederlander het mee oneens zal zijn.
Maar dat Mark Rutte zo onverwachts werd aangevallen, was niets meer dan goedkope tv. En tegelijkertijd hét bewijs dat iedereen in Nederland gelijk is, niet bang hoeft te zijn voor macht. En toch ga ik zaterdag niet mee demonstreren met Geert Wilders tegen de komst van Turkse ministers voor de Turkse Ambassade. Niet omdat ik bang ben voor Erdogan, maar omdat ik mijn moeder niet dood wil hebben.