Nederland, mijn panterland
De eerste tien doodsbedreigingen die ik ontving, waren nog grappig door de spelfouten die erin zaten. Zo vreemd dat de mensen die Trots op Nederland zijn, zelf de taal nauwelijks machtig zijn. Na de honderdste doodsbedreiging was het lachen me wel vergaan. Ik nam me voor nooit meer iets over Zwarte Piet te schrijven. Een kindervriend was me zoveel haat niet waard.
Tot ik de actievoerende Black Panthers zag. Daar stonden ze met rechte ruggen op een rijtje opgesteld. Leren jas en baret op. Zo schreeuwden ze ouders en kinderen toe bij de Jaarbeurs in Utrecht.
Dat de Black Panthers in het land van de Ku Klux Klan een vuist wilden ballen in 1966, dat snap ik. Ze kregen pas twee jaar eerder gelijke rechten. Maar dat een kindervriend, een hardnekkig stukje folklore in zijn laatste stuip, de aanleiding wordt om je te vereenzelvigen met een militante, demagogische belangenorganisatie, is even hilarisch als misplaatst.
Dat racisme nog springlevend is in Nederland moge duidelijk zijn. Zihni Özdil beschrijft in zijn essay ‘Nederland mijn Vaderland’ een keur aan oneerlijke behandelingen die hij zelf heeft ervaren en die door onderzoek bewezen zijn. Schrijnend voorbeeld: 100 procent van de onderzochte uitzendbureaus doorzoeken hun klantenbestand desgevraagd op ras. Arbeid is arbeid, denk je, maar de tulpenteler die zijn witte bollen niet door gekleurde handen wil laten gaan, of de ICT-directeur vol vooroordelen kan moeiteloos een klimaat in stand houden waarin zwarten niet aan het werk komen, ongeacht de opleiding die ze hebben gevolgd. Dat is wel een protest en spandoekje waard voor de deur van Randstad en OTTO Workforce. Maar de Black Panthers van Nederland hebben last van tunnelvisie. Zwarte Piet is al dat zij lijken te zien.
Volgens Özdil heeft ons gedoogklimaat een kritisch debat over wat nu precies Nederlands is, decennialang doodgeslagen. Elke uiting van kritiek werd monddood gemaakt onder het mom van ‘dat is nu eenmaal de cultuur’. Van de vrouwenbesnijdenis bij Somalische immigranten, tot aan Zwarte Piet bij blanke Nederlanders. Maar we zijn aangekomen in de tijd dat Özdil beter spelt dan de gemiddelde De Vries. Zijn naam is ook een Nederlandse naam, betoogt hij. Net zoals Sørensen of Wilders dat is. En ook onze zwarte pantertjes zijn Nederlands. Ook zij willen Trots op hun Nederland zijn en dat is hun goedrecht. Zwarte Piet kwetst. Dat is nu wel duidelijk. Kinderen en ouders naschreeuwen ook.