Nederland op z’n breedst
Het was een pijnlijk telefoontje, in oktober 2014. Drie dagen voor de date van 200 vrouwen met de minister van Financiën. „Hij kan niet. Ik kan er niet veel mooiers van maken. We hadden nooit ingeschat dat er zoveel gedoe uit de Troonrede zou komen dus we moeten afzeggen.”
Sta je dan. Dudok afgehuurd. Tweehonderd vrouwen uitgenodigd. Appeltaarten gebakken. Koffie gezet. Maar geen Jeroen Dijsselbloem. Je kunt de boodschapper door de telefoon trekken maar dat verandert niets aan de zaak: wat niet kan, kan niet, dus dan bel je iedereen maar af. „Ebru, we komen echt heel graag een andere keer wél naar het Libelle Nieuwscafé.”
En die andere keer was gisteren.
Alsof er geen Europese vluchtelingencrisis is, verscheen Jeroen Dijsselbloem keurig op tijd in Dudok Den Haag. Volksstammen doen er lacherig over, over die Libelle- vrouwen en politici, maar de waarheid is dat elke vraag spontaan is. Niets is voorbereid, niets is overlegd, niets is kapotgeanalyseerd door het cordon sanitaire van de macht: voorlichters. Een andere waarheid is dat ministers in de rij staan om bij Libelle langs te komen. Het is niet alleen contact met het extreem mondige (vrouw)volk maar ook even relaxt: niet wéér die saaie pakken. Er wordt uit de heup geschoten, maar het gaat wél ergens over. Die ivoren toren wordt geslecht waar je bij staat. Ga er maar aanstaan, in een zaal met tweehonderd man én pers horen wat voor puinzooi instanties ervan maken waardoor Nederlandse burgers zonder geld komen te zitten – en die vluchtelingen krijgen van álles! Het eerlijke verhaal zeg maar, waar je dan een eerlijk antwoord op moet hebben. Er is nog geen minister zonder date vertrokken uit het Libelle Nieuwscafé – een gegeven waarvan ik niet altijd weet of voorlichters er blij mee zijn. Moeders willen hun dochters aan Rutte koppelen, Dijsselbloem moest het doen met een dagje vrijwilligerswerk – ik hou ervan. Zeg maar ’ns nee. Gebeurt dus ook niet.
Op de vraag aan Libelle- lezeressen of ze politici vertrouwen, gingen niet meer dan tien, vijftien handen omhoog – van de tweehonderd. Op de vraag of ze Jeroen Dijsselbloem vertrouwen, waren het er iets meer. Niet significant meer, maar wel wat meer. Op de vraag of de zaal PvdA stemt, bleef het pijnlijk stil. En toen moest het geheel nog beginnen. Maar Dijsselbloem heeft die vervelende eigenschap die aan PvdA-politici lijkt te kleven – en geloof me ik vind het AFGRIJSELIJK om dit toe te geven: hij kan de zaal inpakken. Dus als hij zegt dat er 900.000.000 euro gereserveerd is voor vluchtelingen, slikt de zaal maar breekt er geen chaos uit. Er is geen discussie of 55.000 duizend of meer vluchtelingen worden opgevangen. Het is een menselijke vanzelfsprekendheid. Een gesprek met de minister van Financiën in het Libelle Nieuwscafé toont Nederland niet op zijn smalst maar breedst.
Misschien Klaas Dijkhoff ’ns uitnodigen.