Last minute tips voor Sinterklaasgedichten
Heb je weken geleden al lootjes getrokken, maar kwam het Sinterklaasgedicht schrijven toch wéér op het laatste moment aan? Bij Metro weten we er alles van. Geen paniek! Met deze dichttips komt het -nog voor 5 december is aangebroken- helemaal goed.
1 Waar wil je het over hebben?
Wat weet je allemaal over de persoon die op je getrokken lootje staat? Schrijf (of tik) wat onderwerpen op waar je het over kunt hebben in je gedicht. Daarbij kun je denken aan hobby’s, werk en andere dagelijkse bezigheden. Maar ook: leefsituatie (getrouwd, kinderen of juist nog de eeuwige vrijgezelle student?), goede én slechte karaktereigenschappen, grappige momenten van het afgelopen jaar (of daarvoor) en artiesten of sportclubs waar iemand fan van is. Verder kun je ook nog het een en ander zeggen over het verlanglijstje van iemand of het cadeau wat je bij het gedicht hebt gekocht.
Heb je iemand getrokken die je eigenlijk (nog) helemaal niet zo goed kent? Dan is Google je beste vriend. Als je daar ook niet verder mee komt, kun je altijd nog iemand – zo onopvallend mogelijk, uiteraard! – raadplegen die deze persoon wel goed kent.
2 Begin met korte rijmpjes
Genoeg onderwerpen om over te schrijven? Dan is het tijd om te beginnen met rijmen. Het werkt vaak het makkelijkst om per onderwerp van je lijstje een kort rijmpje te maken. Dat kan per twee regels, vier regels of acht regels, afhankelijk van hoeveel je ergens over te vertellen hebt. Die korte rijmpjes kun je uiteindelijk achter elkaar zetten en met wat extra toevoegingen aan elkaar verbinden.
Bedenk wat je precies wilt zeggen en gebruik ook vooral Mick’s Rijmwoordenboek om te kijken of er een passend woord rijmt op het laatste woord van je zin, zodat je daar vanuit weer de volgende zin kunt gaan vormen. Rijmt het niet? Denk dan eens na over synoniemen van het woord, waar wellicht meer op gerijmd kan worden. Ook kun je proberen de zin anders te formuleren. Onthoud: het onderwerp hoeft niet altijd aan het einde van de zin te staan.
Wees in deze fase van het dichten vooral niet te kritisch. Je zinnen kunnen later nog bijgeschaafd worden, het gaat erom dat er zo snel mogelijk een eerste versie op papier komt te staan. Bewerken is namelijk altijd makkelijker wanneer je het geheel voor je ziet.
3 Ritme
Gevoel voor ritme is niet alleen belangrijk op de dansvloer, maar komt ook bij het schrijven van een Sinterklaasgedicht bijzonder handig van pas. Een gedicht loopt – en leest – alleen lekker wanneer er ritme in zit. Om te horen of het ritme klopt, kun je de rijmpjes het beste hardop aan jezelf voor lezen. Een gouden tip, voor als je dat ritme lastig vindt: maak alle zinnen ongeveer net zo lang of gebruik hetzelfde aantal woorden. Mocht het dan nog mis gaan, is het vaak een kwestie van een aantal woorden toevoegen. Et voilà: een ritmisch rijmpje.
4 Kort maar krachtig
Niet iedereen is een dichtkoning(in) en dat is helemaal niet erg. Accepteer dat het zo is en maak het jezelf vooral niet te moeilijk. Korte gedichten zijn namelijk niet per se slechte gedichten. Sterker nog: het is beter om met een kort gedicht te komen dat de kern raakt, dan een gedicht van anderhalf kantje te maken waar weinig inhoud, ritme of structuur in zit.
5 Leg het even weg
Ook al heb je nog maar weinig tijd, het helpt echt om je gedicht tussendoor even te laten voor wat ‘ie is en iets totaal anders te gaan doen. Cliché maar waar: met een frisse blik gaat het je daarna veel gemakkelijker af.
6 Goede opmaak
De leukste gedichten zijn met de hand geschreven. Dat is echter minder handig wanneer iedereen jouw handschrift uit duizenden herkent of jouw handschrift juist een tikkeltje onleesbaar is. Daar heb je met een gedicht dat op de computer is gemaakt geen last van. Gebruik een goed leesbaar lettertype, waarbij de lettergrootte best iets groter dan 12 mag zijn.
Het leest voor de ontvanger van je gedicht het prettigst wanneer alle zinnen op één regel vallen en er niet net een paar woorden afvallen. Ben je vaak nogal lang van stof, dan kun je je gedicht ook horizontaal afdrukken. Verder stijgt een gedicht al in professionaliteit wanneer je de tekst centreert.
7 Humor
Wees vooral niet bang om humor te verwerken in je gedicht. Neem het niet al te serieus, gooi er wat (opbouwende) kritiekpuntjes in en maak daar grapjes over. Vaak maakt die ene grap je gedicht nét af. Natuurlijk moet je wel oppassen dat je gedicht niet alleen maar uit grappen en grollen bestaat. Complimenten zijn ook nooit weg. Het belangrijkste is de balans daar tussen weten te behouden.
8 Tip voor 2017
Tot slot dan maar, een laatste tip voor volgend jaar: begin op tijd, zodat je deze stress vermijdt. Liefs, Sint en Piet.