8 pijnlijke feiten over voedselverspilling
Het is Wereldvoedseldag, een dag die door de Verenigde Naties op 16 oktober 1979 in het leven is geroepen. Op deze wordt aandacht gevraagd voor de wereldwijde voedselproblemen en -verspilling. Ook wordt er om solidariteit voor de internationale strijd tegen honger, ondervoeding en armoede gevraagd en is het de bedoeling dat je op wat voor manier dan ook in actie komt.
Hoogstwaarschijnlijk ben jij ook medeverantwoordelijk voor de absurde hoeveelheden voedsel die wereldwijd verspild worden. En anders een vriend of familielid wel. Acht pijnlijke feiten over voedselverspilling.
Lees ook: 15 interessante voedselfeiten uit de Nationale Eettest
1. Een derde van het voedsel dat jaarlijks wereldwijd voor menselijke consumptie wordt geproduceerd, wordt weggegooid. Dat is in totaal 1,3 miljard ton. Oftewel: 1.300.000.000.000 kilo voedsel wordt jaarlijks verspild. Bron: Food and Agriculture Organization of the United Nations
2. 97 procent van al het verspilde voedsel belandt op de stroplaats. Bron: Environmental Protection Agency
3. Ieder jaar verspillen consumenten in rijke landen bijna evenveel voedsel (222 miljoen ton) als de totale voedselproductie in Sub-Saharaans Afrika (230 miljoen ton). Bron: UNEP
4. Slechts een kwart van het wereldwijd verspilde voedsel zou genoeg zijn om de 795 miljoen mensen op deze wereld die honger lijden van voedsel te voorzien. Bron: BCFN
5. Nederlandse consumenten gooien ieder jaar voor ongeveer 2,5 miljard euro aan voedsel weg. Dat is ruim 340 euro per huishouden en 150 euro per persoon. Dat komt neer op 50 kilo per persoon. Producenten, tussenhandel, horeca en supermarkten verspillen ook nog eens zo’n 2,5 miljard euro aan voedsel. Bron: CBS
6. De meest weggegooide producten zijn melk en melkproducten, brood, groente, fruit, sauzen, oliën en vetten. Bron: CREM
7. 14 procent van de boodschappen in Nederland belandt ongebruikt in de vuilnisbak. Bron: Rijksoverheid
8. 58 procent van de Nederlanders inspecteert het product na het verstrijken van de datum om te beslissen of het nog bruikbaar is. 16 procent gooit het direct weg, zonder ernaar te kijken. Bron: Milieu Centraal