Ruim 500 vrouwen klagen Uber aan om aanranding door chauffeurs
Uber wordt aangeklaagd door meer dan vijfhonderd vrouwen, die zeggen te zijn aangerand door chauffeurs. De vrouwen hebben zich in een groep verenigd om de rechtszaak te voeren en zeggen dat Uber al sinds 2014 van dit probleem af weet, maar er al die tijd niets aan deed. De rechtszaak over de aanrandingen speelt al sinds februari.
Uber zegt zelf 150 gevallen van aanranding te onderzoeken. Uit eerder onderzoek van het bedrijf blijkt dat er alleen al in 2019 en 2020 3824 gevallen van aanranding door chauffeurs bij het bedrijf gemeld zijn. De vrouwen die nu een rechtszaak voeren tegen Uber zeggen te zijn ontvoerd, aangerand, verkracht en gestalkt door chauffeurs van het platform. Zelf houdt Uber vol dat ze niet verantwoordelijk zijn voor het gedrag van de chauffeurs, aangezien zij op freelancebasis werken en dus niet in dienst zijn bij het bedrijf.
Aanranding Uberchauffeurs en meer
Het is niet de eerste keer dat Uber in het nieuws komt deze week. Ook afgelopen dinsdag waren de poppen aan het dansen, toen onderzoeksjournalisten van Investico, FD en Trouw naar interne appjes tussen 2013 en 2017 keken. Daaruit bleek dat het bedrijf innige banden met politici onderhoudt en lokale regels heeft omzeild met speciaal aangepaste apps voor controleurs.
Staatssecretaris Marnix van Rij (Financiën) heeft gezegd dit verder te gaan onderzoeken. „Ik zal dat rapporteren aan ons parlement”, zei Van Rij dinsdag op een bijeenkomst in Brussel over Europees belastingbeleid.
‘Nederland heeft een bepaalde reputatie’
Volgens de onderzoeksjournalisten heeft de Belastingdienst vertrouwelijke informatie gedeeld met Uber. Ook zou de dienst Uber hebben gewaarschuwd over informatieverzoeken vanuit het buitenland en zou het bedrijf ruim de tijd hebben gekregen om zijn zaakjes op orde te krijgen voordat aan informatieverzoeken werd voldaan.
„Ik neem dit soort publicaties altijd heel serieus. En ik ga ook niet direct in de verdediging”, aldus Van Rij. Hij erkende dat Nederland „een bepaalde reputatie” had in het verleden als het om belastingontwijking ging. Maar hij hield zijn toehoorders voor dat er onder het tweede kabinet-Rutte een „omslag” is geweest in het Nederlandse belastingbeleid en dat er maatregelen zijn en worden getroffen tegen belastingontwijking.