WHO: apenpokken nu geen ‘noodsituatie van internationaal belang’
De verspreiding van apenpokken is op dit moment geen ‘noodsituatie van internationaal belang’. Dat zegt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Die status is het hoogste alarmniveau dat de WHO kan instellen en geldt bijvoorbeeld wel voor de coronapandemie.
Directeur-generaal Tedros Adhanom Ghebreyesus heeft in een verklaring laten weten de WHO zich baseert op het advies van een deelcommissie die afgelopen donderdag bijeen kwam om zich over de kwestie te buigen. Volgens die experts is er momenteel geen noodsituatie die van internationaal belang is op het gebied van volksgezondheid.
Wereldwijd 3040 besmettingen met apenpokken
Volgens de WHO is het aantal besmettingen met het apenpokkenvirus stabiel en daalt het cijfers zelfs in sommige delen van de wereld. Sinds mei zijn er 3040 gevallen gemeld bij de WHO, uit 47 landen. De meeste besmettingen vinden op dit moment plaats in Europa, zegt de WHO-deelcommissie.
Vooral mannen die seks hebben met mannen, vaak in een stedelijke omgeving, raken besmet met het virus, zegt de WHO. Er is tot nu toe één persoon overleden aan het virus. Het ging om iemand die een verzwakt immuunsysteem had.
Hoewel er volgens de WHO-commissie geen aanleiding is om het alarmniveau te verhogen, is de verspreiding van apenpokken volgens de organisatie nog wel zorgwekkend. Over een paar weken moet situatie daarom opnieuw bekeken worden.
The IHR Emergency Committee for multi-country #monkeypox outbreak advised the WHO DG that the event, currently, does not constitute a Public Health Emergency of International Concern (PHEIC). @DrTedros accepted the Committee’s advice.
📌 https://t.co/IeSzbrtKcz pic.twitter.com/Uj0DgV5fbm
— World Health Organization (WHO) (@WHO) June 25, 2022
Meerdere scenario’s
Een aantal scenario’s zou aanleiding kunnen geven om de status alsnog te veranderen. Dat gebeurt wanneer de verspreiding van apenpokken sneller gaat binnen de huidige populatie, of als het virus zich naar nieuwe groepen uitbreidt. Ook denkt de WHO dat het alarmniveau omhoog moet als er een significante groei plaatsvindt in nieuwe landen, of als geïnfecteerden plotseling veel zieker worden.
Tot nu toe kregen volgens het RIVM 211 mensen in Nederland apenpokken, maar dat aantal stijgt de laatste tijd iets sneller. Toch wil dat niet per se zeggen dat het virus zich ook sneller verspreidt. Dat komt door de zogeheten incubatietijd, de tijd tussen besmetting en de eerste klachten. Die periode kan 5 tot 21 dagen duren. Dat betekent dat mensen die nu positief testen misschien eerder besmet zijn geraakt dan mensen die vorige week te horen hebben gekregen dat ze het virus bij zich dragen.
Van Dissel nog niet bezorgd over nieuwe golf coronavirus: ‘Maar nieuwe vaccinatieronde reëel’