Erik Jonk
Erik Jonk Binnenland 2 jan 2025
Leestijd: 2 minuten

Oorlogsarchief: namen verdachten WO II online, overleden mensen die samenwerkten met de Duitsers

Het project Oorlog voor de Rechter publiceert vandaag een lijst met namen van mensen die in de Tweede Wereldoorlog werden verdacht van collaboratie met de Duitse bezetter. Het gaat om een onderdeel van het oorlogsarchief. De gepubliceerde mensen zijn inmiddels overleden.

De verdachten komen allemaal voor in het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR). Dat omvangrijke oorlogsarchief zou vanaf januari volledig openbaar en deels digitaal doorzoekbaar worden voor iedereen, maar dat gaat voorlopig niet door. Wel is het vanaf vandaag, 2 januari, dus mogelijk om online te zien of een verdachte in het CABR voorkomt of niet.

Soms was het oorlogsarchief niet nodig

Sommige Nederlanders hadden dit oorlogsarchief niet nodig en weten het al lang. Onno Blom bijvoorbeeld, die ontdekte dat zijn overgrootvader zich bij de NSB had aangesloten (terwijl zijn opa in het verzet streed). Hij maakte er de documentaire In de ban van Goed en Fout van. Rudi Leiprecht zat in een andere situatie. Zijn Rotterdamse moeder was Joods, maar zijn vader een Duitser. Het verhaal van Leiprecht was te zien in de docu De Matroos en Het Meisje.

425.000 namen in het oorlogsarchief, hoe te zien?

De ontwikkelingen over het CABR volgden elkaar de afgelopen weken snel op. Het was de bedoeling dat het oorlogsarchief, dat de dossiers bevat van zo’n 425.000 verdachten van collaboratie, in januari volledig openbaar zou worden. Iedereen zou dan fysieke stukken uit het archief kunnen opvragen en bijvoorbeeld fotograferen. Nu kan dat alleen na indiening en goedkeuring van een officiële aanvraag. Bezoekers mogen stukken uit het oorlogsarchief wel met potlood overschrijven, maar absoluut niet fotograferen of kopiëren.

Miljoenen pagina’s online gaan niet door

Ook zouden vandaag miljoenen gedigitaliseerde pagina’s uit het archief online komen. Iedereen zou daarin kunnen zoeken op de namen van verdachten en voor het eerst ook op die van slachtoffers.

Maar na een waarschuwing van de Autoriteit Persoonsgegevens over mogelijke privacyrisico’s kwam het digitale project op losse schroeven te staan. Uiteindelijk resulteerde dat erin dat minister Eppo Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) de openbaarmaking van het papieren archief heeft uitgesteld. Het online oorlogsarchief kan binnenkort alleen onder voorwaarden worden ingezien, vanuit de studiezaal van het Nationaal Archief in Den Haag. Vanaf wanneer dat precies kan, is nog onbekend, waarschijnlijk ergens in het eerste kwartaal. Minister Bruins onderzoekt nog of het gedigitaliseerde archief straks ook op andere plekken beschikbaar kan worden gesteld, zoals in de studiezalen van regionale archieven.

Drukte verwacht

Het Nationaal Archief houdt voorlopig rekening met drukte in de studiezaal. Het aantal plaatsen daar is uitgebreid van 108 naar 140, waarvan 61 voor mensen die het CABR willen inzien.

In het project Oorlog voor de Rechter werken het Nationaal Archief, NIOD, Netwerk Oorlogsbronnen en Huygens Instituut samen aan de digitalisering van het CABR.

Veel kinderen met RS-virus op IC’s, druk op andere geplande zorg voor jongeren

Aanslag in New Orleans internationaal veroordeeld: ‘Tragedie, getroffen door terrorisme’

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

ANP

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.

Reacties