Het Jaar Van John de Bever en Kees: ‘Als wij hadden gewonnen had de Televizier-Ring niet meer bestaan’
Metro luidt volgens traditie het jaar uit met een reeks interviews onder de naam ‘Het Jaar Van’. Gesprekken met mensen voor wie het achterliggende jaar op een of andere manier heel bijzonder was. We trappen af met een bijzonder stel: zanger John de Bever en zijn man (dertien jaar getrouwd al weer) en manager Kees Stevens. „Bij de Televizier-Ring werden we niet één keer gefeliciteerd.”
John de Bever en Kees Stevens, kortweg De Bevers, verrasten dit jaar vriend maar vooral vijand met hun nominatie voor de Gouden Televizier-Ring. Het Bossche stel behoorde tot de laatste drie genomineerden – sommige tv-critici jeremieerden over het definitieve failliet van de ring. John de Bever zei nog voor de eerste uitzending zelf: „Dit kan eigenlijk niet op televisie.” Voor De Bevers was het echter ‘een geweldig avontuur’. Metro zocht hen voor de eindejaarreeks Het Jaar Van thuis op. John (57) en Kees (37): „We weten zelf ook dat onze soap nergens over gaat, maar het is wel eerlijk en puur.”
John de Bever haalt de verslaggever op
De Metro-verslaggever wordt wegens lichamelijk ongemak door de zanger zelf van station ’s-Hertogenbosch opgehaald. „Dat zouden we voor iedereen doen. Dus ook voor jou”, zegt de John de Bever. „Kees en ik verbeelden ons niks. Nooit gedaan trouwens.” De autoradio staat, vaste prik, op Sterren NL. Uit de luidsprekers klinkt zanger Jaman met de hartenkreet Lieveling moet dat nou (Deze eenvoudige man doet alles voor jou). John neuriet gedachteloos mee.
Thuis wordt het bezoek geestdriftig verwelkomd door Bentley (uit de kluiten gewassen, doch uiterst aaibare herder) en Jacky (hondje handtasformaat) die trots hun speeltjes aan de visite tonen. Net als hun baasjes zijn de honden dankzij het succes van De Bevers op RTL 5, kind aan huis in de Nederlandse huiskamers. Waar Kees uithangt? Die is naar de bakker voor worstenbroodjes, want gastvrijheid en gezelligheid zijn een vaste waarde in huize De Bever. Ook als er geen camera’s aanwezig zijn in het smaakvol ingerichte appartement aan de rand van de Brabantse hoofdstad.
Campagne voor de Televizier-Ring
Als Kees zich meldt met de streeklekkernij (‘Niks één, gewoon twee. Je moet goed eten’) kan de terugblik op 2022 beginnen – het jaar waarin De Bevers met hun gelijknamige realityreeks werden genomineerd voor de Gouden Televizier-Ring en zelfs doordrongen tot de laatste drie voordrachten. Niet in de laatste plaats door de uiterst actieve inzet van het duo zelf.
Kees: „We waren enorm verrast dat we überhaupt op de lijst stonden. Echt, dat is geen valse bescheidenheid. John kreeg meteen die fanatieke blik in z’n ogen. ‘Dan gaan we ook voor een topnotering met die ring’.” John de Bever: „We zijn alle voetbalclubs afgegaan: stem op ons. Dat is niet tegen de regels, hè? Ook de mannen van Voetbal Inside voerden destijds openlijk campagne. Veel jongeren hadden overigens nog nooit van de Televizier-Ring gehoord. Ik moest ze uitleggen hoe ze moesten stemmen.”
Kees: „We waren elke dag in het nieuws – de tv, radio, de kranten. Het ging helemaal niet over de andere genomineerden Even tot hier en Het jachtseizoen. Op een bepaald moment hingen we met een hoogwerker boven de snelweg. En liepen we rond in beverpakken. Zó gênant, het kon niet erger. Maar een lol dat we hadden.” John: „We wisten echt wel dat we die ring nooit lang van z’n leven zouden krijgen. Ons doel was bij de laatste drie te eindigen.”
View this post on Instagram
‘We werden niet één keer gefeliciteerd’
Tv-critici, een slag dat zichzelf altijd buitengewoon serieus neemt, schreeuwde moord en brand toen De Bevers inderdaad tot de laatste drie doordrongen en repte zelfs van het ‘failliet’ van de ring. De serie had immers slechts één seizoen achter de rug. Bovendien: De Bevers zouden te weinig kijkers trekken om een serieuze gegadigde voor de prestigieuze prijs te zijn. De honderdduizenden die de soap ook op streamingdienst Videoland volgden werden niet opgeteld bij de 500.000 kijkers die De Bevers op RTL5 genereerden. Kortom: een relletje was aanstaande.
John: „Kees en ik weten ook dat onze soap nergens over gaat. Maar het is wel oprechte en eerlijke tv. En heel herkenbaar. Dat is onze kracht.” Kees: „Toen we de uitnodiging voor het gala binnenkregen was ik zo blij als een kind. De koning van Nederland, zo voelde ik me. Ik zag het al helemaal voor me. Zo’n grote, schitterende show. Een rode loper, al die BN’ers. Ze hadden me ook een plekje bovenin Carré mogen geven.” John: „Het maakt mij allemaal niet uit. Ik ben daar te nuchter voor. Ik houd niet van die zogenaamde glamour. Allemaal onzin.” Kees: „De avond zelf was het minst leuke van het hele avontuur. Je voelde gewoon dat al die tv-mensen ons niet leuk vonden. We werden niet één keer gefeliciteerd. Ze zaten er allemaal bij met gezichten alsof de Nobelprijs voor de Vrede werd uitgereikt. Dat was minachtend naar ons toe, maar nog veel meer naar ons publiek. Dat raakte me nog het meest.” John: „Joh Kees, lekker laten gaan.”
John de Bever bouwt wel een eigen feestje
Kees: „De avond begon met een documentaire van de NPO over zieke kinderen, een meisje dat overleed. Zo aangrijpend, ik zat natuurlijk half te janken. Die had van mij alles mogen winnen. Daarna kwamen wij, beelden van mij gillend in de sportschool. Dat was nogal een contrast, ik kon wel door de grond zakken.” John: „Wij hebben na afloop ons eigen feestje gebouwd. Vlakbij Carré hadden we een kroeg afgehuurd. Daar hebben we met iedereen die aan De Bevers had meegewerkt onze nominatie gevierd. Ik heb zelfs nog een paar liedjes gezongen.” Kees: „En gelachen dat we hebben. ‘Jongens, wie heeft er nog een paar losse euro’s?’ Hebben we ’s nachts nog kroketten getrokken bij de Febo.” John: „En dronken naar bed.” Kees: „Ik weet wel dat als wij hadden gewonnen, die ring niet meer had bestaan. Dat hadden ze daar in Hilversum niet kunnen verkroppen.”
John de Bever en Kees Stevens, sinds 2009 in de echt verbonden, benadrukken dat hun realitysoap een onopgesmukte dwarsdoorsnede van hun dagelijkse bestaan is. Toen RTL interesse toonde om het stel intensief te volgen, dacht Kees aanvankelijk dat het een reeks zou worden met de volkszanger John als uitgangspunt. Nu speelt Kees, tevens manager van John, er een even belangrijke rol in. Terecht volgens John. „Kees verdient dat.”
Ruziën over een tompoes en korte broeken
De commerciële omroep twijfelde na het kennismakingsgesprek geen moment. De Bevers namen de conversatie een uur lang op hun bekende wijze over. De chemie tussen John en Kees was precies wat RTL wilde. Het moest de triomf van de eenvoud worden, een ode aan het bestaan van twee doornormale en daardoor bijzondere mannen. Het geruzie over een tompoes of puddingbroodje, de moordende concurrentie op de golfcourse, de haarimplant van Kees en zijn naaldfobie, nootjes in bed, benzine tanken, natte pizza’s, Johns sluipende doofheid, de afhaalchinees en stamppot, kalknagels, John in een ontroerend duet met een fan met downsyndroom, Kees’ liefde en Johns afkeer van de korte broek…
Kees: „We zaten aan tafel en vroegen op een bepaald moment: wat willen jullie eigenlijk van ons? Nou, zeiden de producenten, dat jullie jezelf zijn.” John: „Het klinkt stom, maar ik weet echt niet dat wij zo doen. Veel mensen moet er om lachen, wij zien het niet. Ik denk dat dit zeven jaar geleden niet had gekund. Dan was er gezegd: jullie zijn hartstikke leuke jongens hoor, maar niet extravagant genoeg.” Kees: „Ik vond ons veel te normaal voor een soap. Kijk, Patty Brard ging destijds aan de slag met een klysma. De Pfaffs hadden een complete familie om zich heen, Roy Donders liet ineens krullen zetten… Van het begin af aan zeiden John en ik: wij springen niet uit een luchtballon en we kopen geen kasteel. Een nee, hoe leuk het ook voor de camera is, er poept ook nooit een hond in huis.”
John de Bever wil helemaal geen kroeg in Spanje
John: „Wij kunnen helemaal geen toneel spelen. Het is bij ons zoals het is. Natuurlijk kom ik in m’n onderbroek uit bed. Slaap jij in driedelig pak dan? En ja, Kees staat te stofzuigen. Omdat het, zoals bij iedereen thuis, gewoon moet.” Kees: „Ik heb het idee dat er bij andere soaps vaak sprake is van een script. Eén keer werd er geopperd dat wij een café in Spanje zouden gaan bekijken. Niet dus. John en ik willen helemaal geen kroeg in Spanje. Of een rondje rijden op een elektrische fiets. No way! Wij fietsen nooit. Dus ook niet in de soap. Je kunt de mensen niet voor de gek houden. Bij ons is het: what you see is what you get.”
John: „Als wij moeten nadenken wat we gaan moeten doen, wordt het niks. Trouwens, wat zouden mijn vrienden wel niet zeggen: wat sta je daar nou te acteren man! Nee, je kunt ons leven niet regisseren.” Kees: „Wij krijgen niks van tevoren te zien. Daar teken je voor. Wat ze opnemen mag worden gebruikt. Voor één aflevering zijn ze hier vijf dagen over de vloer. De crew hoort inmiddels bij ons. De mensen eten en drinken mee, komen op verjaardagen. Ze hebben gewoon de sleutel van het appartement. In het begin stonden ze ’s ochtends te wachten voor de deur tot ze werden binnengelaten. Dat waren ze bij andere soaps gewend. Bij ons kan de cameraman soms zijn camera niet vasthouden van het lachen. ‘We hebben het hier zo leuk’, hoor je dan. Dat is toch een compliment.”
‘Nooit een probleem met onze geaardheid’
De Bevers hebben nog een onbedoeld emancipatorisch effect. Twee homoseksuele mannen op de voet gevolgd. John en Kees verwachtten dat de serie zou worden overspoeld door een tsunami van anonieme haat op het open riool dat Twitter heet. Het tegendeel was en is waar. Het regent volgens De Bevers zonder uitzondering positieve reacties. Kees: „Wij hebben van onze geaardheid nooit een probleem gemaakt. Tot mijn verbazing barstte er op social media geen scheldpartijen los. Gek in deze tijd waarin iedereen alles maar roept. Dat mensen ons niks vinden is natuurlijk hun recht, maar al dat gescheld had ik niet aangekund, denk ik. Nu merken we dat na afloop van optredens ouders naar ons toe komen. ‘Mijn zoon is ook homo of mijn dochter is lesbisch. Jullie laten op tv eindelijk eens zien dat het doodnormaal is.’ Jongens en meisjes van 18, 19 jaar willen gewoon met ons op de foto. Het maakt ze geen klap uit.”
John: „De homo met het handtasje, da’s niks voor ons. Veel homo’s willen in een kijkdoos worden gestopt en willen gewoon dat er anders tegen hen wordt aangekeken.” Kees: „Neem de Gay Parade. Ik wil best wel op een boot, maar dan met nuchtere mensen zoals wij. Maar als je niet in een glitterstring staat te dansen ben je niet interessant, hè? Dan zeggen ze: vaar even snel door. Mensen hebben een vertekend beeld van homo’s. Mijn oma zegt vaak: ‘Je gaat toch niet naar Amsterdam hè jochie?’ Dan zeg ik: oma, dat is alleen op tv, dat is niet de echte wereld. John krijgt vaak interviewverzoeken om over zijn coming out te praten. Als ik dan vertel dat hij daar nooit moeite mee heeft gehad, hoor je alleen nog tuut, tuut, tuut aan de andere kant van de lijn. Waarom is hij nooit benaderd voor het Helden Magazine van Barbara Barend? Omdat hij niet interessant is.”
John: „Over lesbische vrouwen in het meidenvoetbal hoor je nooit iets. Ik blijf zeggen: als een voetballer in Nederland zegt dat hij homo is, is er geen enkel probleem. Ik was de eerste die het zei en heb er nooit last van gehad. Mijn medespelers kon het echt niks schelen. Jazeker, op de voetbaltribune wordt geregeld ‘homo’ geroepen. Ook tegen voetballers die het niet zijn. Dat zit nou eenmaal in die cultuur. Gewoon, lekker laten gaan.”
Ontbijt en bingo met de fans
John en Kees, zoveel is ook duidelijk in De Bevers, koesteren hun aanhang, bijvoorbeeld tijdens de traditionele fan-reis die hen onder meer naar het all-in family resort Preston Palace te Almelo voert. Daar zijn ze drie dagen lang exclusief van de fans. Kees: „Niemand praat die dagen over de energierekening, over de oorlog en corona. Mensen zijn echt helemaal uit. Dat vind ik onze kracht – wij kunnen iedereen meenemen in ons leven en onze gezelligheid. Drie dagen ontbijten we met de fans, we zwemmen en bowlen met ze. En spelen natuurlijk bingo.” John: „Ik word overal voor ingezet.” Kees: ,,De mensen zijn zó gelukkig. Van driehonderd fans krijgen we een berichtje dat ze helemaal happy zijn. En als John dan ook nog eens optreedt, hebben ze het weekend van hun leven. Weet je, bij John staat altijd de tap open. Het is een half uur feest. Verwacht geen opera – John zegt nooit : lieve mensen, ik ga nu een heel gevoelig liedje zingen. Het is altijd met het gas er op. Een walsje, een polonaise, een echte meezinger. Dat is John.”
Maar ook op minder feestelijke momenten zijn De Bevers er voor hun fanatieke volgers. Een filmpje inspreken voor een jarige zwager, een 60-jarig huwelijk of voor een jubilerende voetbalvereniging is één ding – een verzoek van ouders met een (terminaal) ziek kind is van een geheel andere orde. Het zijn de momenten waarop De Bevers, vertelt Kees, beseffen hoe bevoorrecht hun bestaan is. Kees: ,,We kregen een verzoek van een moeder: mijn kindje van 12 is heel ziek en wil graag een aandenken aan John. Ik heb toen een filmpje gemaakt van John. We kregen een filmpje terug waarop de moeder de reactie van het kind had gefilmd. ‘Ooooo John de Bever… Hij was helemaal in tranen.’ Dat zat in de soap. Wij vonden dat het er in moest, hoe aangrijpend ook. Ook dat is het leven. Kijkers konden zo ook de andere kant van John zien. Achter het nuchtere, soms norse zit een klein hart.” John: „Wat zeg je?”
John de Bever op de koffie bij Johan Derksen
Kees: „Nors John. Dat ben toch af en toe? Jij hebt geen filter, je bent gewoon wie je bent. En dat komt soms een beetje raar over. Ik heb met veel artiesten gewerkt die de hele avond met een vastgeplakte glimlach van oor tot oor stonden. Eenmaal in de auto stonden was die lach ineens compleet verdwenen. Dat gebeurt John nooit. John is gewoon wie hij is.” John: „Ik heb geen nep-laag. Ik groet altijd iedereen beleefd, maar ik ben niet het type van: ‘Heee, hoe is het met jou?! Zo ben ik niet.”
De komende tijd staat er nogal wat op stapel voor De Bevers. Een tv-special bijvoorbeeld met Corry Konings, met wie John ook een album opneemt. Rond Kerstmis trekken de twee er op uit om alle boekingskantoren, radiostations en natuurlijk RTL te voorzien van een kerstkrans. John voetbalt nog altijd trouw in de zaal met de Beverboys in Veghel en slaat zelden de koffie op zondagochtend bij zijn vriend Johan Derksen in het Drentse Grolloo over. John: „Dan ouwehoeren we over de honden, over voetbal en muziek. Johan zei: je bent de enige vriend die ik heb overgehouden na die rel met de kaars bij Vandaag Inside. Ik vind dat doodnormaal. Je laat je vrienden niet in de steek en zeker niet bij tegenslag. Als iemand op de grond ligt trap je niet na. Nu praat niemand meer over die kaars. Behalve die zogenaamde deugers. Ach, er kijken meer vrouwen dan mannen naar VI.”
‘Drie dagen later is de cd klaar’
Kees: „Die plaat met Corry, dat vinden we een hele eer. Dan hoor ik de 3JS praten over ‘het betere Nederlandse lied…’ Kom op zeg, Corry Konings, die al 55 jaar zingt, dié zingt het betere Nederlandse lied. Je ziet artiesten vaak op tv rond vertellen dat ze wel een jaar bezig zijn geweest met een plaat. Dan zitten ze heel moeilijk te kijken met z’n allen. Nou, bij ons komt Corry binnen, luistert drie demo’s op een cassetterecorder, we eten een taartje en drinken een wijntje, we zingen het materiaal vervolgens in de studio in en drie dagen later is de cd klaar. Het is allemaal zo eenvoudig.” John: „Het is geen chirurgie hè?”
Hoop op nog een seizoen De Bevers
Kees: „En natuurlijk hopen we op een derde seizoen De Bevers… Mensen leven zó mee met ons. Dan sta ik bij Bakker Bart en hoor ik: hoe is het met oma? Ze was toch gevallen? Zo aardig… Ik merk trouwens dat de aardigheid weer terugkomt.” John: „Als ik de reacties van mensen in het land beluister zou je zeggen: er komt een derde seizoen.” Kees: „Er wordt altijd gedacht dat De Bevers alleen kijkers trekken uit de onderste lagen van de bevolking. Vreselijke term, maar je begrijpt wat ik bedoel. Maar als wij zoals laatst op de Excellent Woonbeurs in Rotterdam zijn, hoor je dat niet alleen de vrouw achter de kassa, maar ook de tandarts kijkt. Heel gek eigenlijk, dat kijkers je bijzonder vinden omdat je zo gewoon bent.” John: „Ik sprak daar een bankdirecteur die samen met z’n vrouw geen uitzending heeft gemist. Hij vindt het geweldig.”
Kees: „Eén ding John: misschien moet je toch aan een gehoorapparaat in een nieuw seizoen.” John: „Waarom?” Kees: „Ja waarom… omdat je zo goed hoort. Nou goed?” John: „Het wordt wel slechter, maar als ik af en toe met zout water gorgel, schiet dat ene oor wel open. Maar zo’n apparaat? Schei uit. Je hoort jezelf dan steeds koffie slurpen en het gekraak van chips.” Kees: „Ja, dat heet horen. We zijn een keer naar een gehoorkliniek gegaan. ‘Zo, u wilt weer goed kunnen horen meneer De Bever?’, zei die mevrouw tegen hem. Nee hoor, zei John. Dat wil ik niet. Nou, toen zijn we maar weer vertrokken.” John: „Ik vind het irritant als ik alles hoor.” Kees: „Ach, misschien vindt hij het wel best zo. Met dat getetter van mij de hele dag.” John kurkdroog tegen de verslaggever: „Trouwens: zou jij onderhand niet eens naar huis gaan? Twee worstenbroodjes en twee koppen thee… Ik stuur je nog een factuurtje.” Kees: „John, dat kun je niet zeggen tegen mensen. Dit soort dingen, typisch John. Het is nooit saai met die man.”
Heb je De Bevers nog nooit gezien? Via RTLXL zijn alle afleveringen nog terug te kijken.
Sterre Koning schittert in De Tatta’s: ‘In Zutphen zeiden ze vroeger doe maar gewoon normaal’