Leeuwarder Courant
Leeuwarder Courant Binnenland 26 sep 2022
Leestijd: 4 minuten

Als grapjes maken pesten wordt: ‘Pijnlijke realiteit voor sommige kinderen’

Pesten is geen grapje, stelt onderwijsminister Dennis Wiersma in een promo over de Week Tegen Pesten. Dit jaar laat de campagne kinderen nadenken over de negatieve impact die een geintje kan hebben.

„Het is de pijnlijke realiteit dat nog lang niet iedere leerling zich vrij en veilig voelt op school”, zegt onderwijsminister Dennis Wiersma als hij in een videoboodschap aandacht vraagt voor de jaarlijkse Week Tegen Pesten. Het onderwerp gaat hem aan het hart. In mei presenteerde hij een masterplan om de basisvaardigheden taal, rekenen / wiskunde, burgerschap en digitale geletterdheid van leerlingen te verbeteren. In dat plan is ook de aanpak van pestgedrag opgenomen.

Positieve groepsvorming

Voor pesten is blijvende aandacht nodig. De stichting School & Veiligheid onderstreept dit ieder jaar nog maar weer eens met een landelijke campagneweek in de vierde week van september. Dit is de periode van de Gouden Weken, waarin leerkrachten de meeste invloed uit kunnen oefenen op de sfeer in de klas en op school.

„Wij noemen dit op school de acht weken van de positieve groep. Bij alle vakken, ook tijdens gym, zijn we dan bezig met onderwerpen als samenwerken en vertrouwen. Je kunt pesten wel tegengaan, maar je wilt het vooral voorkomen”, zegt directeur Ewoud Stadman van Pro Drachten. Zijn praktijkschool doet tijdens de mentorlessen ook mee met de Week Tegen Pesten.

Humor is complex

Het thema van de actieweek is dit jaar: ‘Grapje! Moet toch kunnen?!’ Of, zoals minister Wiersma het samenvat: „Pesten is geen grapje.”

In de voorbereidende gesprekken merkten ze bij stichting School & Veiligheid hoe ingewikkeld en complex grapjes eigenlijk zijn. Humor heeft veel positieve kanten. Samen lachen zorgt voor verbinding en betrokkenheid, iets wat juist in het begin van het schooljaar heel belangrijk is. Grappen spelen ook een rol bij het vaststellen van de normen binnen de groep. Door wel of niet te lachen wordt bepaald wat wel en wat niet door de beugel kan.

En precies daar kan het mis gaan, stelt School & Veiligheid. Want is het grapje voor iedereen leuk of wordt er een leerling of een groep uitgesloten en dreigt dit de norm te worden? „Het is heel belangrijk om kinderen en jongeren te leren wat de positieve, maar ook negatieve impact van grappen kan zijn. Het gaat over: hoe gaan we met elkaar om en wat vinden we wel en niet acceptabel”, zegt Marijke van der Zalm, projectleider Week Tegen Pesten.

‘Jij bent een scheetkont’

Ook op openbare basisschool Ekke de Haan in Heerenveen gaan de leerkrachten hierover deze week het gesprek aan met de kinderen. „Het is een mooi thema”, zegt directeur Rolf Jansen. „Een grap mag af en toe best een beetje schuren. Maar wanneer is het schurend en nog oké en wanneer wordt schurend pijnlijk?”

Volgens Jansen kun je het in alle groepen hebben over humor en de impact daarvan. „Het was maar een grapje wordt nog weleens als excuus gebruikt. Het kan oprecht grappig bedoeld zijn, maar probeer je ook eens te verplaatsen in degene over wie de grap gaat. Zo’n soort gesprek waarin je echt de diepte in gaat, kun je heel goed voeren in de bovenbouw. Maar ook in groep één en twee kun je vragen of iets een leuk grapje is. Kleuters voelen dit haarfijn aan. Die zeggen dingen als: Jij bent een scheetkont. Dat is voor ons niet heel spannend, maar kinderen van die leeftijd kunnen dit heel erg vinden.”

Micro-agressie

Grappige bedoelde plagerij valt onder micro-agressie, de verzamelnaam voor opmerkingen die niet kwetsend of discriminerend bedoeld zijn, maar wel als zodanig kunnen worden opgevat. „Pesten begint vaak met een zogenaamde grap”, zegt Meile Zijlstra, teamleider vmbo bij groenschool Aeres in Leeuwarden.

„Iemand roept iets in het voorbijgaan. Maar iemand waarover keer op keer grapjes gemaakt worden, kan zich zo gepest voelen dat hij niet meer naar school wil. Op onze school gebruiken we al tien jaar leerlingen om te bemiddelen bij conflicten. Het gevoel gepest te worden is heel vaak de reden om studentenbemiddeling in te schakelen.”

Elke school geeft een eigen invulling aan de Week Tegen Pesten en kan daarbij gebruik maken van gratis lesmateriaal en posters. Op christelijke scholengemeenschap Ulbe van Houten in Sint Annaparochie wordt deze week bij de dagopeningen en het mentoruur stilgestaan bij het onderwerp. Donderdag staat er een photobooth, een fotohokje, op school waarin de leerlingen met elkaar grappige selfies kunnen maken met tekstwolkjes waarop woorden als respect of vertrouwen staan.

Grap of homofobie?

Uit het beschikbare lesaanbod koos Carmen van der Meulen, anti-pestcoördinator op Ulbe van Houten, het filmpje ‘Hoe is het om homo te zijn in een machowereld’. De bedoeling is dat de mentoren hierover in gesprek gaan met hun klassen: wanneer begint een grapje te grenzen aan discriminatie of homofobie?

„We horen toch nog vaak dat er een beetje lacherig homo wordt geroepen naar elkaar, niet beseffend hoe dat is voor een ander. Of dat er tegen een leerling die zich non-binair voelt steeds wordt gezegd: Hé het, alles goed? Makkelijke grapjes om te maken, maar heel kwetsend voor een ander.”

Spijt! van Carry Slee omgetoverd tot stripboek: ‘Gevolgen van pesten zijn vreselijk’

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.