Verhoudingen coalitie op scherp: Hoekstra noemt stikstofdoelen 2030 ‘niet heilig’, Rutte en Kaag verbaasd
Het doel om in 2030 overal in het land de stikstofuitstoot met 50 procent te verlagen is niet heilig, zegt CDA-partijleider Wopke Hoekstra in een interview met het AD. Premier Mark Rutte zet zijn vraagtekens bij deze uitspraken en D66-leider Sigrid Kaag vindt het ‘uiterst opmerkelijk’. Daarmee staan de verhoudingen binnen de coalitie op scherp.
De vier coalitiepartijen, VVD, D66, CDA en ChristenUnie, spraken tijdens de formatie af om de uitstoot met de helft omlaag te brengen. D66 hecht veel waarde aan deze afspraak en premier Mark Rutte liet eerder deze maand nog weten zich hieraan te willen houden.
Wopke Hoekstra: ‘2030 is voor ons niet heilig’
Hoekstra laat nu een ander geluid klinken. „Er is een herstart nodig van het proces. En daarbij zijn er geen dogma’s, 2030 is voor ons niet heilig.’’ Hoewel de CDA de stikstofuitstoot nog steeds wil terugschroeven, mag daar volgens de partij – indien nodig – langer voor worden uitgetrokken. „Natuurlijk kun je op veel plekken vóór 2030 de stikstofdoelen al halen, maar als het elders langer duurt, moeten we die tijd nemen.”
Dat het proces momenteel uiterst moeizaam verloopt, voert Hoekstra als reden aan om er mogelijk meer tijd voor te nemen. „We zijn nu een paar maanden bezig en wat is het resultaat? Impasse. Ik ben dankbaar dat Johan Remkes probeert de boel vlot te trekken, maar daarmee zijn we er niet. We moeten het proces herstarten, boeren moeten weer bondgenoot worden. Waarbij een ding niet ter discussie staat: natuurherstel moet. Daar is 50 procent reductie voor nodig. Het CDA wil de problemen niet doorschuiven naar volgende generaties. Maar boeren moeten ook een eerlijke boterham kunnen verdienen.”
Hoekstra reageert ontkennend op de vraag of hij voor de druk van de boeren zwicht. „Integendeel: zo zetten we een positieve stap naar voren. Het is voor ons essentieel om twee dingen te combineren: natuurherstel en een vitaal platteland met een eerlijke boterham voor onze boeren.”
Hoewel Hoekstra hiermee een bom legt onder een belangrijke coalitieafspraak, ziet hij de toekomst met vertrouwen tegemoet. „Het zal niet makkelijk worden, maar ik heb vertrouwen in deze coalitie. Iedereen ziet dat er iets moet gebeuren.’’
Reactie Rutte en Kraag: het proces van Johan Remkes moet alle ruimte krijgen
Rutte en Kraag hebben op weg naar de ministerraad gereageerd op de woorden van Hoekstra. „Dat is natuurlijk een interview dat hier en daar de wenkbrauwen deed rijzen”, aldus Rutte. „Dat roept twee vragen op. De eerste vraag is staatsrechtelijk, omdat Hoekstra ook lid is van het kabinet. Ik denk dat daar het antwoord vrij simpel is, dat een partijchef die ook in het kabinet zit, wat meer de ruimte heeft om zich politiek te uiten. Staatsrechtelijk een vraagteken, maar het kan denk ik net. Naar de inhoud van 2030: eerst nu het proces-Remkes een kans geven.”
Rutte ontwijkt de vraag of Hoekstra nu een bom legt onder het coalitieakkoord. „Ik denk dat de conclusie vanmorgen goed was van ons allemaal om te zeggen: laten we eerst proberen te zorgen dat het proces waar Johan Remkes mee bezig is maximaal de ruimte krijgt. En ons nu niet te beraden over dat interview.”
Kaag is duidelijk: afspraken zijn afspraken „Ik denk als kabinetslid dat het duidelijk is dat wij uitvoering geven aan het coalitieakkoord. Ik heb via de fractievoorzitters niet gehoord dat er een verzoek is tot het openbreken van het coalitieakkoord. En verder is het belangrijk dat het proces van Johan Remkes als gespreksbegeleider alle ruimte krijgt. En dat we daar natuurlijk ook nieuwe inzichten uit kunnen halen. Dat is wat telt.”
„Was u verbaasd?”, vraagt de interviewer. Hierop is Kaag vrij fel: „Ik had het niet zien aankomen. Iedereen heeft zijn eigen stijl en keuze, ik vond het uiterst opmerkelijk.”
Familie Denise vraagt logees hemd van het lijf in B&B Vol Liefde: ‘Hoe zit het met de seks?’