Dierenleed in Nederlandse slachthuizen is nog steeds niet voorbij: ‘Schandalig dat we dit toestaan’
Er is nog steeds veel mis met de slachthuizen in Nederland. Dat blijkt uit onderzoek van stichting Varkens in Nood, die rapportages heeft opgevraagd bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Er vinden nog steeds ernstige misstanden plaats, ook in slachthuizen met vrijwillig cameratoezicht en inspecteurs van de NVWA.
Vooral bij het doden van varkens gaat het vaak mis, met vaak ernstig dierenleed tot gevolg. De stichting dringt bij de overheid aan op strengere maatregelen om nog meer dierenleed te voorkomen.
Dierenleed Nederlandse slachthuizen
Uit de rapportages van de NVWA blijkt dat er in meerdere varkensslachthuizen in 2019 en 2020 nog steeds ernstige overtredingen hebben plaatsgevonden. „Er zijn varkens die door een slecht uitgevoerde bedwelming weer bij bewustzijn zijn gekomen, terwijl ze al aan hun achterpoot boven de bloedgoot hingen”, meldt stichting Varkens in Nood. „Hierbij komt het ook regelmatig voor dat de halsslagader niet goed doorgesneden wordt en de varkens verdrinken in het hete water van de broeibak.” Het is de bedoeling dat een varken dood is voor hij zo’n broeibak van minstens 60 graden in gaat, maar dit is niet altijd het geval.
In het rapport staan ook uitspraken van inspecteurs. Zo zegt een NVWA-inspecteur: „Ik zag daar dat een varken direct nadat de neus met het hete broeiwater in contact kwam begon te bewegen en dat het dier zijn kop oprichtte om contact met het hete water te ontwijken. Naarmate het varken met de kop verder in het hete water zakte werden de bewegingen van het hele lichaam heftiger.”
Inspecteurs van de NVWA geven in hun rapporten aan dat zij dezelfde misstanden herhaaldelijk registreren in dezelfde slachthuizen en dat die hun adviezen niet altijd opvolgen. Uit deze rapportages blijkt ook dat de NVWA-inspecteurs soms bewust overtredingen door de vingers zien.
Toezicht in slachthuizen onvoldoende
De rapporten maken duidelijk dat de dierenwelzijnsovertredingen geen incidenten zijn. Bij meerdere slachthuizen komen ze regelmatig voor, ondanks het aanwezige toezicht. Uit undercoverbeelden die Varkens in Nood recent maakte bij slachthuis Gosschalk in het Gelderse Epe bleek bovendien dat veel overtredingen onopgemerkt blijven.
Bij het huidige – vrijwillige – cameratoezicht blijven de opnames in bezit van het slachthuis. Inspecteurs van de NVWA moeten zelf naar een slachthuis om daar het beeldmateriaal te bekijken. Dat steekproefsgewijs controleren van willekeurige opnames is omslachtig en niet effectief, vindt Varkens in Nood. „Veel overtredingen blijven onder de radar.”
Schokkende beelden openbaar maken
De beelden vanuit de slachthuizen die in de rapporten staan, zijn beelden die we al vaker gezien hebben. Gaat het ooit veranderen? Het item van Arjen Lubach uit 2019 bracht al een hoop in beweging en werd er veel over gesproken, maar toch is er tot nog toe weinig veranderd.
„Steeds weer zien we dezelfde overtredingen in slachthuizen, zelfs als daar al jaren camera’s hangen en de NVWA permanent aanwezig is”, zegt Frederieke Schouten, directeur van Varkens in Nood. „Het is overduidelijk dat het huidige systeem faalt en het is schandalig dat we dit als maatschappij oogluikend toestaan. Zolang er nog dieren worden geslacht, is verplicht én onafhankelijk cameratoezicht absoluut noodzakelijk om dit soort afschuwelijke overtredingen te voorkomen. Als je levende wezens slacht, moet je er op z’n minst voor zorgen dat ze daadwerkelijk dood zijn voor je ze aan stukken snijdt.”
Omstreden slachterij Gosschalk in Epe mag weer open, wel met meer camera’s