Horeca maakt rekensommetje: ‘Horecaondernemer houdt niks over aan overheidssteun’
De horeca krijgt sinds de coronacrisis overheidssteun. Door lockdowns, vervroegde sluitingstijden en steeds nieuwe maatregelen is het voor cafés en restaurants een hele klus om het hoofd boven water te houden. Maar over die steunpakketten valt volgens horecaondernemers nog wel iets te zeggen. Een simpel rekensommetje laat zien dat de ondernemer zelf niks overhoudt.
Hans Singelenberg is regiomanager bij de Koninklijke Horeca Nederland (KHN) en schreef zijn frustratie over de steunpakketten vorige maand van zich af. Hij legde namelijk in een brief uit dat de overheidssteun voor de horeca, niet alle gaten opvult die de coronacrisis achterlaat. En dat daardoor de ondernemer zelf niks overhoudt. Zijn conclusie was dan ook: „De horecaondernemer krijgt geen steun.” De brief werd veelvoudig gedeeld op social media.
Rekensom over steunpakket horeca
De overheidssteun bestaat namelijk uit twee onderdelen. Het eerste deel is een financiële tegemoetkoming voor de lonen van werknemers. Deze staat ook wel bekend als de NOW. Bij 100 procent omzet verlies, krijgt de ondernemer tot maximaal 85 procent van de kosten vergoed. Dat betekent dat de eigenaar zelf opdraait voor de overige 15 procent van de salarissen. Het tweede onderdeel is de TVL, bedoeld als compensatie van de vaste lasten. Hierbij kun je denken aan het betalen van energieleveranciers, verhuurders en gemeentes.
Het steunpakket dekt dus niet alle lasten van de horecaondernemer. Daarnaast zijn er volgens ondernemers en de KHN nog meer kostenposten dan alleen vaste lasten en personeelskosten. Zet dit rekensommetje onder elkaar en de ondernemer komt aan het eind van de maand geld tekort. En dat betekent volgens Singelenberg geen winst en uiteindelijk schulden.
Geen overheidssteun voor horecaondernemer
Mocht je het rekensommetje nog niet begrijpen? Marco Oskam maakte een video waarin hij het financiële plaatje voor horecaondernemers nog eens haarfijn uitlegt. Zelf is Oskam sinds 2005 eigenaar van café Casablanca, een van de oudste jazzcafés in Amsterdam. In Jip en Janneke-taal vertelt hij waar de horeca mee worstelt. „Geen één euro gaat naar de ondernemer. Want dit glas wordt direct leeggedronken door een heleboel andere partijen”, stelt de horeca-man.
Ook kaart Oskam aan dat 20 procent van de TVL door de ondernemer zelf voorgefinancierd moet worden. Dat geld krijgt de eigenaar pas bij de eindafrekening terug van de overheid. „Dat houdt dus in dat de overheid verwacht dat de ondernemer tot de eindafrekening nog ergens geld vandaan tovert.” De overige 15 procent loonkosten, de niet-vergoede vaste lasten en het eigen inkomen, komen dus op de schouders van de ondernemer te liggen.
Ik krijg nog wel eens een vraag hoe het nou zit met de steun die ik ontvang.Hier een kleine uitleg.
Posted by Marco Oskam on Tuesday, December 14, 2021
Omikron trekt effectiviteit coronapas in twijfel, volgens Van Dissel