Rode Kruis maakt zich ernstig zorgen over kwaliteit noodopvang vluchtelingen
De opvang van vluchtelingen in Nederland dreigt door een ‘humane ondergrens’ te zakken. Dat stelt het Rode Kruis, dat het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) sinds kort ondersteunt bij het opvangen van Afghanen en andere asielzoekers die in Nederland aankomen.
De hulpverleningsorganisatie zegt zich ernstig zorgen te maken over de kwaliteit van de noodopvang voor asielzoekers en het gebrek aan aanvullende opvanglocaties in Nederland. „Als gevolg daarvan ontbreekt het kwetsbare mensen straks aan essentiële toegang tot medische zorg, ontstaan er onveilige situaties doordat mannen, vrouwen en kinderen in grote ruimtes moeten verblijven en is er geen aandacht voor psychosociale ondersteuning voor getraumatiseerde mensen.”
Mensen slapen op veldbedden en stoelen
Een woordvoerder van het COA meldde eerder vandaag dat voor de vijfde nacht op rij mensen op veldbedden en stoelen hebben moeten slapen bij de centrale noodopvang voor asielzoekers in Ter Apel, waar alle asielzoekers zich moeten aanmelden. De COA-locaties zitten overvol, geeft ook het Rode Kruis aan. „De verwachting is dat het tekort de komende weken zal toenemen”, aldus de organisatie.
Demissionair staatssecretaris Ankie Broekers-Knol (Asielbeleid) sluit niet uit dat er crisisnoodopvang nodig is, zo bleek eerder deze week. In dat geval wijst de overheid plekken aan om mensen op te vangen, bijvoorbeeld in sporthallen en tenten.
Kritische grens in noodopvang van vluchtelingen snel bereikt
Directeur van het Rode Kruis, Marieke van Schaik, zegt dat een kritische grens in de noodopvang van vluchtelingen nu snel wordt bereikt. „Mensen kunnen niet gedurende lange tijd in hallen op veldbedden slapen zonder enige vorm van privacy. Of steeds van de ene locatie naar de andere locatie worden verplaatst”, zegt Van Schaik. Vooral voor kinderen is het steeds verhuizen schadelijk, stelt ze. „Hun veiligheid kan daarbij onvoldoende worden gewaarborgd wanneer grote groepen mensen bij elkaar worden gebracht. Er is nu alleen aandacht voor hoe we mensen kunnen onderbrengen. We moeten echt stappen zetten voor een humane opvang in deze situatie.”
Volgens Van Schaik stellen gemeenten onvoldoende aanvullende opvanglocaties ter beschikking. „Het kan toch niet zo zijn dat essentiële locaties niet worden ingezet terwijl er wel mogelijkheden zijn? Dit is inmiddels een noodsituatie.”