Het coronajaar van Angelique: van de biertap naar de zorg
2020 was voor iedereen een bizar jaar. In de serie ‘het coronajaar van’ kijkt Metro met enkele Nederlanders terug en een beetje vooruit. Deze keer: Angelique, die de biertap liet voor wat het was en een rentree maakte (en maakt) in de zorg.
„2020 zou mijn – zou ons jaar worden.” Angelique van Etten zegt het in het ooit zo gezellige café ’s Lands Welvaren stellig. Net de 50 gepasseerd en met man Kees die komend jaar 60 jaar wordt, werd het na 22 jaar tijd om de dorpskroeg annex feestzaal te verkopen. Op naar een nieuw leven. Maar ja, de rij kopers voor de deur bleek door corona kort, héél kort.
Slapend dorp in een coronajaar
We zijn in het dorp Schermerhorn, onder de rook van Alkmaar. Een dorp waar veel wordt georganiseerd, maar nu al negen maanden slaapt. Waar normaal het voorcafé van ’s Lands Welvaren met sfeerverlichting voor gezelligheid zorgt, maar nu donker is en blijft („niet zo gepast, dat voelt niet goed”). Angelique en Kees van Etten – hij is naast het horecaleven ook drie dagen per week installateur – stopten er sinds 1998 hun ziel en zaligheid in. Tapten bier, verzorgden lunches en diners, buffelden ruim twintig keer tijdens de befaamde dorpskermissen, verzorgden de catering bij thuis- en bedrijfsfeesten en regelden complete partijen in de naastgelegen hervormde kerk en de plaatselijke museummolen.
Verse appeltaart
Niet in de laatste plaats kwamen mensen naar ’s Lands Welvaren (1930) voor Angeliques ‘zelfgebakken appeltaart’, zoals altijd pontificaal op een bord naast de deur staat geschreven. Ze bakte er tienduizenden en het recept veranderde nooit. Vooral in de weekenden fietsten dagjesmensen en wielrenners er speciaal een paar kilometer voor om. Het appeltaart bakken was het enige wat dit ellendige jaar wél doorging, want ze bakt ze bijvoorbeeld ook voor een winkel in Alkmaar: „De teller staat in 2021 op meer dan duizend appeltaarten, mijn record in een jaar. Vorig weekend bakte ik er nog 70 weg, ik word er gelukkig van.” Af en toe is er in het dorpscafé nu eten als lasagne, erwtensoep of boeuf bourguignon af te halen (en die appeltaarten natuurlijk) en dat is het ook wel.
Metro spreekt Angelique drie dagen voor premier Mark Rutte de landelijke lockdown aankondigt. Ondanks alles is ze goedgehumeurd, deze horecavrouw zit niet snel bij de pakken neer (en sowieso nooit stil). Niet in de laatste plaats omdat haar een nieuw leven te wachten staat. Als gezegd: het zou háár jaar en dat van Kees worden. Dat is het ook geworden, maar totaal anders dan gedacht: „Het plan was de boel te verkopen, onze opvolgers nog even te blijven helpen en dan langzamerhand afscheid van het caféleven te nemen. Met dat idee begonnen we 2020.”
Tweede klap kwam harder aan
Hoe goedgehumeurd ook, Angelique en Kees belandden ook „in een rouwproces”. „Gek genoeg kwam de tweede sluiting in oktober veel meer binnen dan de eerste keer. We hebben er allebei meer last van, omdat we een totale sluiting niet hadden verwacht. Als we er doorheen zaten, gingen we samen even koffie drinken in ons voorcafé. Hoe dan ook, na 22 jaar begonnen de nachten doorhalen ons wat zwaarder te vallen. Voor corona sliep ik soms vier, vijf uur. We begonnen ons af te vragen hoelang we het nog zouden trekken. Nu is het wat het is, maar eind oktober dacht ik wel: de knop gaat om, ik ga weer leren.”
Tijdens de eerste coronagolf keerde de Schermerhornse in de zorg terug, om al die zo hardwerkende mensen te helpen. Vóór haar horecabestaan had ze zeven jaar lang in het ziekenhuis van Alkmaar gewerkt, daar zette ze een een afdeling voor reageerbuisbevruchting op, die ze met collega’s draaiende hield. Nu werkte Angelique in april en mei zes weken in een verzorgingshuis in Purmerend. „Ik waste bijvoorbeeld dementerende mensen en hielp ze in de kleren. Het was goed om te doen, maar ik krijg niet voldoende energie als ik voor altijd in een verzorgingshuis ga werken.”
Studeren in het coronajaar
Terugkeren naar de zorg gaat niet zomaar, eerst moest ze haar – gekke term – BIG-registratie halen (Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg, vindt man Kees via Google op zijn smartphone). „Dat heb je als verpleegkundige nodig en nu ben ik bevoegd en bekwaam om voorbehouden handelingen in opdracht van een arts uit te voeren. Denk aan injecteren, sondes inbrengen en een infuus aanbrengen.” Angelique slaagde na een maand voor de twee examens die zij moest afleggen en gaat de laatste twee weken van het jaar ‘meelopen’. „In een ziekenhuis, in de thuiszorg en in de buurtzorg, en dan bepaal ik wat ik vanaf 1 januari leuk vind en wil.” Een baan in de zorg vinden is wel het laatste waar ze zich druk om maakt. „Ik denk dat ik heel snel werk vind. Ik moet dit pad gaan bewandelen, want iets in mij zei dit najaar: Angelique, dit moet je gewoon gaan doen.”
Ondertussen hoopt het horecastel hun ’s Lands Welvaren op termijn toch te verkopen. De ‘toko’ waar hun zoon Sam leerde biljarten en als twintiger nu al Nederlands kampioen is, maar da’s weer een ander verhaal. Angelique: „Verkopen zal erg lastig zijn. We hebben de mazzel dat we geen vast personeel hebben en Kees er altijd installatiewerk naast gedaan heeft.” Of de tap zijn goudgele vocht nog gaat laten stromen? Angelique: „Ik weet niet. We kunnen ons echter wel voorstellen dat, als we weer open mogen, we de weekenden zullen draaien. Nee, zes of zeven dagen per week werken wil ik niet meer. Ik ga voor drie dagen de zorg in, dus die caféweekenden zijn mogelijk.”
Zorgen voor mensen
Ze heeft zin in die terugkeer naar de zorg, dat is aan haar blik te zien en aan haar enthousiaste woorden te horen. „Ik moet ergens energie uit halen. Uit thuis blijven haal ik dat als druk baasje niet. Bovendien houd ik erg van het zorgen voor mensen, dus ik kan mijn ei straks kwijt.”
Als Angelique naar het jaar 2021 kijkt, wat denkt, zegt en hoopt ze dan? Ze moet voor het eerst even naar woorden zoeken. „Weet je… uit iets slechts komt wel weer iets goeds. Daarom zeg ik altijd: het komt zoals het komt en het gaat zoals het gaat. Verder kan ik over het volgend jaar niet zoveel zeggen.” En als de verslaggever pareert dat het blokken voor die BIG-registratie toch niet vanzelf kwam en dat ze het helemaal zelf gedaan heeft: „Ja, zo is het ook weer. Uiteindelijk moet je zelf positief blijven. Gelukkig heb ik zo’n positieve instelling.”
Lees ook Het Jaar van 2019: Vajèn van den Bosch pakte kansen, maar verloor ook dierbaren