Daniëlle Rijsdijk Binnenland 18 feb 2015, 13:46

Leestijd: 3 minuten

Klassieke nachthap moet familiaire daghap worden

Zijn kebabzaken schieten als paddenstoelen uit de grond en zeven vette jaren lijken voor Murat Karaulu, directeur van Has, aangebroken. Alhoewel, vette jaren? „Döner is allesbehalve een vette hap.”

Fastfoodrestaurants in Rotterdam, Amsterdam, Breda en Spijkenisse schieten uit de grond. Het kan niet op. Jullie zijn druk bezig Nederland te veroveren.
Het gaat ons inderdaad voor de wind. Al vind ik dat wij nog heel veel moeten leren. Ik vind dat wij op dit moment nog maar 40 procent van onze krachten gebruiken. De organisatie moet veel beter worden en daar zijn we ook mee bezig.

Neem ons mee terug in de tijd. Waar begint het verhaal?
Het verhaal van Has begint in 1999 als mijn compagnon Ahmet Guc zijn eerste restaurant opent aan de s’- Gravendijkwal. Ik ben nu twee jaar betrokken bij Has en zie mezelf vooral als manager. Ik ben geen man die achter de balie döner staat te snijden, dat heb ik wel gedaan hoor, maar dat moet je toch aan de professionals overlaten. Ik ben meer een manager in de zin van: we gaan het merk vergroten en onze zaken verantwoord uitbreiden.

Dat gaat je goed af.
Bedankt. Twee jaar geleden hadden we het voornemen om vijftig zaken in vijf jaar te hebben. Een vooruitstrevend plan, maar wel een plan waarvan ik weet dat het kan. Inmiddels staat de teller op 20 en openen wij rond de zomer ons eerste wegrestaurant langs de A13 tussen Delft en de Rotterdamse luchthaven. Je moet groot denken en de lat hoog leggen.

Is döner niet een beetje op z’n retour?
Shoarma is op zijn retour, döner is juist bezig aan een grote opmars. Als je naar Duitsland kijkt dan is de dönermarkt daar groter dan de markt van McDonald’s en Burger King.

Is dat het doel? De strijd aangaan met de giganten?
In vergelijking met die reuzen zijn wij natuurlijk maar een heel klein Rotterdams bedrijfje. Wij zijn een groeiende organisatie die heel veel van zulke ketens kunnen leren, maar we bedienen een totaal andere markt.

Nederlanders lijken vandaag de dag meer dan ooit te willen weten wat ze eten.
Dat klopt, maar ook de fastfoodwereld heeft niet stilgestaan. Je kunt zeggen dat deze wereld gezonder is geworden. Er wordt gewerkt met verse producten en daarbij is döner ook gewoon heel gezond. Wij maken het van kalkoen en kip; mager vlees. Het vlees wordt ook nog eens gegrild en niet gebakken.

Feit of fabel: van döner word je dikker?
Fabel. Nederland is het land van de sausjes. Er gaat jus over de aardappelen zoals er knoflook over de döner gaat. De sausjes zijn de dikmakers en natuurlijk de cola en de frietjes die je bij je eten bestelt. Laat je dat staan dan zitten er in een broodje döner minder calorieën dan in een broodje gezond.

Vecht jij niet tegen een verkeerd imago?
Zeker. Tegenwoordig wordt er ook döner verkocht in bakkerijen. Veel ondernemers zien het als bijproduct en verkopen het onder de kostprijs. Daar ben ik niet blij mee. Ik ben gebaat bij een goede merknaam. Als mensen buikpijn krijgen van een broodje döner, dan straalt dat af op het gerecht en op mijn merk. Hoe beter de concurrentie, hoe beter en scherper wij zijn.

Hoe ga je die misvattingen te lijf?
Wij gaan vanaf maart meer uitleg geven over onze gerechten. Op onze placemats komt calorie-informatie te staan en we bezig met het maken van filmpjes. Ik wil het imago van döner opvijzelen met goede informatie en keiharde kwaliteitsgarantie.

Wat wens je nog?
Ik hoop dat Has zich zal ontwikkelen als professionele organisatie. Wij krijgen veel verzoeken vanuit het buitenland. België, Duitsland, Engeland en zelfs mensen in Dubai tonen interesse. Dat is heel mooi, maar daar zijn we nog niet klaar voor. Ik heb nog een doel: vroeger was het eten van een broodje döner een nachtverhaal. Lekker na het stappen. Ik wil er veel meer een dagverhaal van maken. Ouderen, jongeren, allochtonen en autochtonen verleiden tot een broodje overdag.