Waarom geloven mensen in complottheorieën?
Over de herkomst van het coronavirus bestaan al heel wat complottheorieën. Waar ontstaan die theorieën en waarom geloven mensen erin?
Van „ontwikkeld in een Chinees laboratorium” tot „een biologisch wapen om de Amerikaanse bevolking uit te dunnen”. Over de uitbraak van het coronavirus verschenen al meerdere complottheorieën. Maar waar komen die theorieën vandaan?
Complottheorieën op Netflix en YouTube
Voor veel samenzweringstheorieën is er een groot podium, bijvoorbeeld in (fictieve) series op Netflix. In de Zuid-Koreaanse Netflixserie My secret, Terrius (2018) laat een vrouw het mysterieuze overlijden van haar man onderzoeken. Spoiler alert: zijn dood blijkt te wijten aan een variant van het coronavirus, zoals SARS en MERS. Ook de symptomen en situatie lijken op die van de huidige crisis. Mensen gebruiken deze serie om het coronavirus te bestempelen als een complot van de Chinese of Zuid-Koreaanse overheid.
Maar ook op YouTube krioelt het van de bronnen voor complottheorieën. Zo verdiept de Nederlandse documentairemaakster Janet Ossebaard zich in het concept van de ‘deep State’. Dat houdt in dat wereldleiders worden geschaduwd door een groep echte leiders die de touwtjes van de zogenaamde ‘poppenkast’ in handen hebben. Haar video’s worden vaak verwijderd omdat ze gezien worden als fake news. Tenslotte doet ook een TED-talk van Bill Gates uit de wenkbrauwen fronsen. Daarin sprak de zakenman zijn bezorgdheid uit over een mogelijke volgende pandemie, na de uitbraak van het ebolavirus.
Toch is het volgens professor mediacultuur aan de KU Leuven Stef Aupers helemaal zo gek niet dat programmamakers gebruik maken van een verhaallijn rond een virus. Van het coronavirus bestaan er namelijk heel wat varianten. „Er is een hele traditie aan complottheorieën wanneer het gaat over virussen”, zegt hij tegen VRT NWS. „Ebola, SARS, Mexicaanse griep: er duiken altijd verhalen op. Het internet vormt nu eenmaal een platform waarop iedereen zijn ideeën kan delen die mogelijk in strijd zijn met deskundige visies van wetenschappers.” Daarom is het ook zo gek niet dat mensen bij de uitbraak van een pandemie al nadenken over een volgende ramp. Ook nu denken mensen na over hoe dit kan vermeden worden in de toekomst.
Persoonlijkheid
Sommigen vinden het moeilijk om te begrijpen waarom mensen geloven in dergelijke theorieën, anderen snappen niet hoe je er geen geloof aan kan hechten. Volgens professor sociale en organisatiepsychologie Jan-Willem van Prooijen van de Vrije Universiteit van Amsterdam doet iedereen in enige mate aan complotdenken. Maar bepaalde eigenschappen kunnen je wel gevoeliger maken voor samenzweringstheorieën. „Wie laag scoort op de persoonlijkheidstrek ‘vriendelijkheid’, gaat vaker op zoek naar conflict en is geneigd in te gaan tegen de massa”, legt hij uit in EOS Wetenschap. „Dat verhoogt het risico dat je in een complottheorie gaat geloven. Ook laagopgeleiden en politieke extremisten geloven vaker in complottheorieën.”
Verder zijn er ook gradaties in de mate waarin mensen aan complotdenken doen, zegt Aupers. „Je hebt mensen die zelf complottheorieën maken en verspreiden en je hebt er die ze geloven of mogelijk achten: de believers versus de twijfelaars.”
Verdedigingsmechanisme
Zowel Aupers als van Prooijen geloven dat samenzweringstheorieën ontstaan vanuit een bepaalde angst en sociale onzekerheid. „Die theorieën bestaan uit onzekerheid, bijvoorbeeld omdat bepaalde vragen onbeantwoord blijven, wat ook nu tijdens de coronacrisis het geval is”, zegt van Prooijen. „Samenzweringstheorieën beantwoorden die vragen. Het complot geeft een verklaring voor de gebeurtenis en wijst een duidelijke schuldige aan.” Ook Aupers benadrukt dat de belangrijkste verklaring voor de aantrekkingskracht van dergelijke theorieën wantrouwen is. „In de overheid, de wetenschap en de media. Dat zijn stuk voor stuk instanties die betrokken zijn bij het coronavirus.”
Dat wantrouwen zou opduiken doordat we nieuws niet enkel via traditionele, maar ook via sociale media consumeren. „Daardoor is het vaak moeilijk om in te schatten welke informatie echt en nep is. Dat verklaart meteen ook waarom een groot deel van de bevolking complottheorieën als een mogelijkheid ziet.” Van Prooijen noemt het geloven in die theorieën een ‘verdedigingsmechanisme’: „Wanneer je weet wie of wat iets veroorzaakt heeft, kan je ervoor zorgen dat je zelf beschermd blijft”, legt hij uit.
Menselijke natuur
Vanuit evolutionair perspectief is het volgens van Prooijen altijd nuttig geweest om onbekende groepen te wantrouwen. „In de tijd van jagers en verzamelaars bestond het gevaar dat een ander volk jouw stam wilde uitmoorden.” Complotdenken komt volgens de professor overal voor, omdat het in onze natuur zit.
Die theorieën zouden in onze huidige samenleving geen functie meer hebben. Toch gaan mensen nog steeds op zoek naar samenzweringstheorieën. „Zo’n drie jaar na de aanslag op president Kennedy in 1963 was de helft van de Amerikanen overtuigd van de theorie dat de maffia of inlichtingendiensten als de CIA achter de moord zit. Vandaag is dat 80 procent”, zegt van Prooijen. Hij legt uit dat een theorie die lang bestaat, vanzelf meer aanhangers krijgt. „Gewoon omdat mensen erover praten, dat heet culturele overdracht.”
Daarnaast spreekt de expert ook over ‘confirmation bias’. „Als je een complottheorie gelooft, ga je selectief om met het bewijs dat die theorie al dan niet ondersteunt”, verklaart hij. „Je ziet enkel de bewijzen die het complot bevestigen en wuift experts weg die het tegendeel prediken.” Van Prooijen spreekt echter niet tegen dat sommige theorieën weleens waar zouden kunnen zijn. „Maar dat buitenaardse wezens de wereld zouden besturen, klinkt gewoon te bizar voor woorden”, besluit hij.