Kans op overleven bij kanker afgelopen jaren gestegen
De overlevingskans bij kanker is de afgelopen vijf jaar gestegen. Vijf jaar na de diagnose, is 65 procent van de mensen nog in leven.
Voor de cijfers werd gekeken naar 2013 als diagnosejaar en de overleving in 2018. Een jaar eerder was het percentage nog 64 procent. Daarmee spreekt het Integraal Kankercentum Nederland met een stijging van een procent per jaar.
De stijging heeft verschillende oorzaken, zegt internist-oncoloog Haiko Bloemendal van het Radboudumc. „De kans op ontdekking is groter en de behandeltherapieën zijn verbeterd. Zo kan er gerichter worden geopereerd of bestraald en kan systeemtherapie worden toegepast”, zegt Bloemendal. „Waar mensen vroeger vrij snel uitbehandeld waren, zijn er nu ineens wel mogelijkheden. De ziekte kan nu langer onder controle worden gehouden.”
Steeds meer kennis
Ook de kennis van de ziekte en het onderzoek wordt steeds groter. Zo zijn niet alleen meer behandelingen mogelijk. „De operatieve techniek en bestraling is ook veel gerichter. Was dat vroeger voor de patiënt niet haalbaar, dan behoort dat nu vaak wel tot de mogelijkheden. Dat is iets van de laatste tien, twintig jaar. De totale overleving is een optelsom van al die ontwikkelingen.”
Helaas geldt dit niet voor alle soorten kanker. „Sommige ziekten hebben van deze ontwikkelingen geprofiteerd”, zegt Bloemendal. De andere kant is dat sommige vormen achterblijven. „Voor de komende jaren is het de uitdaging om deze vormen van kanker op hetzelfde niveau te krijgen. De prognose van slokdarm-, maag-, en vooral alvleesklierkanker is erg achtergebleven. Een verklaring daarvoor is dat het vaak later wordt ontdekt en het al verder gevorderd is. Daar hopen we de komende jaren meer progressie te boeken.”
Moeilijk te voorspellen
Sinds 1989 worden de cijfers steeds veelbelovender. De overlevingskans stond destijds op 42 procent. We zijn er echter nog niet, zegt Bloemendal. „Ons doel moet zijn om kanker terug te brengen naar een chronische ziekte. Op welke termijn dat is, weet ik niet.” Bloemendal denkt dat het met een proces van vallen en opstaan wel mogelijk is. „We komen steeds dichterbij de kern van het ontstaan van kanker. Dan is het hopen dat we een medicijn kunnen vinden.”
Hoe lang dat gaat duren, is niet te voorspellen. „We zien bij infectieziekten ook nog steeds bacteriën ontwikkelen die ongevoelig zijn voor antibiotica die we nu hebben. Soms als we denken een doorbraak te hebben, is een cel zo slim om zich genetisch zo te ontwikkelen dat hij ongevoelig is voor de behandeling. Dat zal voorlopig een uitdaging en een strijd zijn.”