Nederland zakt op emancipatie ranglijst
Nederland keldert op de ranglijst over genderongelijkheid van het World Economic Forum (WEF). Daarmee doen we een stapje terug op de emancipatieladder.
Nederland staat dit jaar op plek 38 en daarmee zakken we maar liefst elf plekken. Uitblinker in gelijkheid is IJsland, het land dat bovenaan staat, gevolgd door de Scandinavische landen Noorwegen, Finland en Zweden. Nederland staat op 38.
De onderzoekers onderzochten alleen gelijkheid en keken niet naar ontwikkelingsniveau of welvaart. 101 van de 153 onderzochte landen groeien in de gelijkheid tussen man en vrouw. Daarentegen is in Nederland een achteruitgang te zien.
Stereotypen
Esther de Jong, beleidsadviseur van Atria, het Kennisinstituut voor Emancipatie en Vrouwengeschiedenis, vindt dat de Nederlandse overheid actief maatregelen moet gaan treffen. „Een belangrijke oorzaak is de genderstereotype norm, waarbij vrouwen verantwoordelijk zijn voor zorg en mannen voor het inkomen.”
In het onderzoek van World Economic Forum (WEF) is gekeken naar de vertegenwoordiging van vrouwen in de politiek en naar de verdeling van zorgtaken en onbetaald werk tussen mannen en vrouwen. „Op beide indicatoren scoort Nederland niet goed. We denken dat de emancipatie af is, maar dat is niet het geval.” Volgens De Jong moet de overheid maatregelen treffen om de stereotypering te doorbreken. „Nu wordt er vooral gekeken naar hoe vrouwen meer uren kunnen werken. Dat is óók belangrijk, maar de overheid moet er ook voor zorgen dat mannen meer zorgtaken op zich nemen.”
Dolle Mina
De 87-jarige Dolle Mina Mies de Roode uit Oranjewoud is natuurgids voor IVN natuureducatie en laat kinderen de schoonheid van de natuur zien. „Ik heb niet heel goed bereik, ik sta nu midden in de natuur”, roept ze door de telefoon. De Roode demonstreerde in de jaren ‘70 voor de feministische actiegroep de Dolle Mina’s om op te komen voor de rechten van de vrouw.
„Het heeft tijd nodig”, legt ze uit. „Vrouwen laten zich nog te vaak intimideren. Mannen zijn fysiek sterker, dat is de natuur. Maar dat zegt niks over de mentale krachten.” Dat fysieke kracht niet alles is, legt De Roode uit met een voorbeeld uit de natuur: „Een olifant kan geen bacterie doodtrappen. Maar een bacterie kan wel een olifant doden.”
Cultuur
Marie-Anne van Reijen was zes jaar lang raadslid voor GroenLinks in Amsterdam. Momenteel zet zij zich via haar sociale onderneming Meer Vrouwen in de Politiek in voor gelijkheid in de politiek. Volgens haar is de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen te wijten aan cultuur. „Dat begint al bij de opvoeding. Meisjes spelen met poppen, mannen met blokken. Vrouwen krijgen eerder een zorgzame rol toegeschreven en mannen worden gemotiveerd om zichzelf uit te spreken en naar voren te stappen.” Van Reijen ziet ook dat mannen makkelijker over politiek praten dan vrouwen. „Mannen kunnen net zo makkelijk ‘ouwehoeren’ over politiek als over voetbal. Vrouwen durven zich daarover toch vaak minder uit te spreken.”
Ook volgens Dolle Mina De Roode zit de ongelijkheid in onze cultuur. „Mannen werken veel voor status. Waarom loopt Maxima op van die hoge hakken? Ze houdt geen tenen meer over. Die hakken zijn een symbool van de status die ze moet uitstralen. Daarnaast hebben grote bedrijven weinig vrouwen in de top. Dat mannenbolwerk moet doorbroken worden.”
De Roode verwijst daarmee naar het nieuws over het aankomende vrouwenquotum voor beursgenoteerde bedrijven. Volgens haar begint de weg naar gelijkheid bij de opvoeding. „Er moet een wil zijn om het anders te doen. Je moet elkaar aanvullen, net als in een huwelijk. Dat lukt niet als er teveel van een soort zijn.”
Vrouwen in de top
„De vertegenwoordiging van vrouwen in de politiek kan veel beter. Sterker nog, de afgelopen jaren is dit op landelijk niveau zelfs gedaald, blijkt uit onderzoek”, legt De Jong uit. Volgens haar is het belangrijk dat vrouwen op plekken zitten waar belangrijke besluiten worden genomen. „In de politiek, maar ook in de boardroom of in de wetenschap.”
Ex-raadslid Van Reijen vertelt dat ze de ongelijkheid tussen mannen vrouwen tijdens haar loopbaan bij de gemeenteraad heeft gezien. „Dat merk je aan zogenaamd subtiele opmerkingen. Daarnaast krijgen vrouwen vaak niet de belangrijke portefeuilles.” Het verbaast haar niet dat Nederland gedaald is op de ranglijst. „Momenteel is 36 procent van de vertegenwoordigers vrouw. Daarin is sinds 2010 een daling te zien. Die verhouding hoort natuurlijk 50/50 te zijn. Als je bijvoorbeeld kijkt naar partijleiderschap hebben we slechts twee vrouwelijke fractievoorzitters.” Van Reijen bedoelt daarmee Lilian Marijnissen van SP en Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren. „Ik zou voor elke politieke partij een hele geschikte vrouwelijke partijleider kunnen noemen. Het wordt tijd dat de partijleden ook voor vrouwen gaan kiezen. We zien momenteel in de politiek te veel witte mannen die de beslissingen nemen.”
Blik op de toekomst
Volgens de ranglijst is 73,6 procent van de ongelijkheidskloof gedicht, tegenover de 74,7 procent van vorig jaar. Wereldwijd is 68,6 procent van de kloof tussen mannen en vrouwen gedicht. Het WEF schat dat het nog zo’n honderd jaar duurt voordat de ongelijkheid is weggewerkt. De Jong: „We kunnen weer stijgen als we stoppen met achteroverleunen en gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen weer hoger op de agenda zetten.”
Volgens Van Reijen mogen we echt niet verder zakken op de ranglijst. „We zeggen wel dat Nederland progressief en geëmancipeerd is, maar deze lijst legt de harde feiten goed bloot. Politieke partijen en ieder ander moeten goed gaan kijken wat we moeten doen om dit beter te maken.” Op de vraag wat dat dan precies zou zijn antwoordt zij: „Leer kinderen dat mannen en vrouwen echt gelijk zijn. Dat begint al bij de opvoeding.” Dolle Mina De Roode werkt veel met kinderen tijdens haar natuurexcursies. „Soms heb ik medelijden met de jongens. Ze worden grootgebracht met het idee dat je niet mag huilen, laat ze lekker janken denk ik dan.”