Het onderwijs in: hoe dan?!
Hoge werkdruk en een betrekkelijk laag loon, het onderwijs heeft op de arbeidsmarkt niet de beste kaarten. De animo voor de lerarenopleidingen neemt af, toch zijn er best wel wat mensen die vanuit een andere beroepsgroep een carrièreswitch naar het onderwijs overwegen. Maar de weg naar voor de klas bevat (te veel) drempels.
Met een hbo-opleiding journalistiek en tien jaar werkervaring op zak, dacht Naomi Bönker (36) dat ze wel een aangepaste variant van de pabo of de lerarenopleiding Nederlands kon doen. Dat ze toch nog minimaal twee jaar moest studeren, met twee dagen studie én twee dagen stage per week en die opleiding volledig uit eigen zak moest betalen, stompte haar af. „Ik was verbaasd dat het zo lang moest duren, alsof mijn diploma en ervaring geen meerwaarde hebben. Financieel was het niet haalbaar, ik kon er niet naast blijven werken. Dat had wel gekund als zelfstudie een mogelijkheid was."
Dus haakte Bönker af. Ze klinkt als een potentiële zij-instromer, of ze zou een lerarenopleiding in deeltijd kunnen doen. Maar misschien zijn er nog andere opties. Er is veel meer mogelijk dan veel mensen weten, weet Wolf Weymiens, programmamanager bij Trainees in Onderwijs. ‘Ik zou graag iets willen doen in het onderwijs, maar wat zijn de mogelijkheden voor mij?’, is een vraag die hij veel hoort. Het onderwijsloket, dat in januari gelanceerd wordt, kan antwoord geven op deze vraag en mensen helpen in de eerste oriënterende stappen naar de mogelijkheden in het onderwijs.
Onderwijsloket
Dit jaar zijn er 2000 zij-instromers in het onderwijs bij gekomen, vertelt Deborah Jongejan, woordvoerder van het ministerie van OCW. „Dat is natuurlijk heel positief, maar we zijn met een aantal partijen wel tot de conclusie gekomen dat de informatievoorziening beter moet. Die informatie is nu nog te veel versnipperd, in het onderwijsloket komt het bij elkaar. Er zijn verschillende manieren om leraar te worden, het is een kwestie van de goede route vinden." Het onderwijsloket is geen wondermiddel dat het lerarentekort doet verdwijnen, maar kan mensen die graag willen wel op weg helpen. Weymiens: „En we hopen hiermee inzichtelijk te krijgen waar de knelpunten zitten en hoe we ze kunnen verhelpen. Het moet ook als een soort databank dienen."
Marc Vermeulen, als hoogleraar onderwijs verbonden aan de universiteit van Tilburg, pleit voor meer flexibiliteit. „Er vallen op lerarenopleidingen bijvoorbeeld veel gaten in roosters, waardoor opleidingen langer duren. Mensen die het onderwijs in willen, moeten we maatwerk bieden. Als iemand de juiste vakkennis in huis heeft – dat kan met een assessment getest worden – dan moet de weg naar het onderwijs korter kunnen." Aan formele zijde mag het dus makkelijker, wat Vermeulen betreft wordt het aan de kant van scholing moeilijker. Er moet niet aan kwaliteit worden ingeboet. "On the job leren moet strenger en beter begeleid worden. Wat je nog te veel ziet, is dat professionals van een bepaald vak de sleutel van het lokaal en een lijst met leerlingnamen in de handen gedrukt krijgen: ‘hup, ga maar.’ Dat moeten we niet willen."