Eén op de vijf cliënten van Slachtofferhulp is een twintiger
In 2018 hebben bijna 172 duizend Nederlanders contact gehad met Slachtofferhulp Nederland. De meeste mensen hadden contact naar aanleiding van een vermogens- of geweldsdelict. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.
96 procent van de mensen had contact na delict of een verkeersongeval. Bij 75 procent van de mensen ging het om vermogensdelicten of geweld. Eén op de vijf cliënten van Slachtofferhulp is een twintiger.
Met bijna 66 duizend cliënten, 38 procent, is het aandeel slachtoffers van vermogensdelicten het grootst. Daarna volgt het aantal slachtoffers van geweldsmisdrijven. Meer dan 26 duizend slachtoffers (15 procent) hadden contact met Slachtofferhulp Nederland na een verkeersongeval, 4 procent als gevolg van zedendelicten.
Twintigers vaakst contact
Twintigers hebben het vaakst contact met Slachtofferhulp. Deze groep heeft veel te maken met geweldsdelicten. Iets meer dan een kwart van de cliënten die contact hebben gehad met Slachtofferhulp in verband met geweldsdelicten, zat in deze leeftijdscategorie. In verhouding heeft de groep ook veel te maken met zedenmisdrijven, ongeveer 25 procent van de slachtoffers die om deze reden met Slachtofferhulp in contact kwam, is tussen de 20 en 30.
Ouderen vanaf 50 jaar kwamen juist in contact met Slachtofferhulp vanwege vermogensdelicten. Van alle vermogensdelicten zit 45 procent van de aangemelde cliënten van Slachtofferhulp Nederland in deze leeftijdscategorie.
Vooral mannen
Het grootste deel (54 procent) van de cliënten van Slachtofferhulp Nederland was in 2018 man. Het ging om 1 084 op de 100 duizend mannelijke inwoners van Nederland. Mannen hebben vaker contact met Slachtofferhulp in verband met verkeersongevallen en vermogens – en geweldsdelicten. Met 907 op de 100 duizend zijn vrouwen minder vaak cliënt van Slachtofferhulp Nederland. Alleen bij de zedenmisdrijven zijn vrouwen vaker cliënt. Vrouwen komen daarvoor 7 keer zo vaak bij Slachtofferhulp als mannen. Van de zedenmisdrijven is 87 procent van de slachtoffers, die in contact met Slachtofferhulp is geweest een vrouw.
Ook omstanders en naasten
De organisatie helpt niet alleen slachtoffers, ook betrokken zoals vrienden, familie, omstanders en getuigen. worden geholpen. In 2018 ging het om drie procent van alle cliënten, zo’n 5300 mensen. Twee procent kwam op een andere manier in aanraking met de organisatie, bijvoorbeeld als nabestaande.
Dat ook naasten betrokken worden, is belangrijk. „Vorig jaar kwam naar voren dat van 1,7 miljoen Nederlandse slachtoffers, 30 tot 40 procent behoefte heeft aan sociale steun maar dat niet krijgt”, zei Nicky Bredemeijer, persvoorlichter van het Fonds Slachtofferhulp al eerder tegen Metro. „Tegelijk kwam uit een ander onderzoek naar voren dat naasten slachtoffers ook graag willen helpen, maar vaak niet weten hoe.” De behoefte aan hulp van naasten is groot. „Er zijn verschillende redenen dat mensen niet weten wat ze moeten doen. Veel mensen vinden het alleen ingewikkeld om met dit soort dingen om te gaan. Goede steun draagt ook echt bij aan het herstel.”