Sarah Sitanala
Sarah Sitanala Nieuws 13 dec 2019
Leestijd: 5 minuten

De Britten verlaten de EU, hoe nu verder?

Uitgerekend op vrijdag de dertiende is een einde gekomen aan de jarenlange brexitonderhandelingen. Omstreden premier Boris Johnson kreeg voor elkaar want niemand een jaar geleden nog voor mogelijk hield: hij behaalde een ruime meerderheid van 365 zetels in het Lagerhuis, daarmee is de brexit een feit. Op 31 januari 2020 zullen de Britten definitief de EU verlaten.

De Conservatie partij van Johnson is veruit de grootste partij geworden en kan alleen gaan regeren. De oppositiepartij Labour is de grote verliezer van de verkiezingen. De partij van Jeremy Corbyn behaalde 203 zetels, wat neerkomt op een verlies van 59. Volgens Armin Cuyvers, Universitair Hoofddocent Europees recht aan het Europa Instituut van de Universiteit Leiden, had Johnson geluk met Corbyn als tegenstander. „Labour had geen goed tegengeluid.”

Hoe nu verder?

Het proces tot uittreding zal 20 december in gang worden gezet. Waar veel Britten hoopten dat er met een duidelijke uitslag een einde zou komen aan de jarenlange onderhandelingen komt bedrogen uit. Volgens Cuyvers, waren de onderhandelingen over het uittredingsakkoord slechts het begin.

„De Britten hebben nu dan wel besloten de Europese Unie de rug toe te keren, uittreden gaat niet zomaar. Het land is ingericht conform het verdrag van de Unie, daar moet dus het nodige aan regelgeving worden aangepast”, zegt Cuyvers. „Zo is er bijvoorbeeld geen enkel rechtsgebied dat niet wordt geraakt door Europese regelgeving. Ook is het nog onduidelijk wat de gevolgen zijn voor de goederen die vanuit het Verenigd Koninkrijk naar de rest van de Europese Unie worden verscheept, heerst er onduidelijkheid over de erkenning van medicijnen, de visserij en hoe de samenwerking wat betreft terrorismebestrijding verder ingevuld gaat worden.

Jeremy Corbyn.
Jeremy Corbyn. / EPA

Wel lid, geen stem

In de praktijk komt het er op neer dat de Britten niet per direct de EU zullen verlaten. Voordat zij op 31 januari 2020 de deur definitief achter zich dichttrekken, zal er een nieuwe overeenkomst tot stand moeten komen. In die tussenperiode, de zogeheten transitieperiode, blijven ze nog wel lid, maar hebben ze geen stem meer en kunnen ze niet meer meepraten in het Europees Parlement en de Europese Raad. Wel blijven zij gebonden aan het Europees recht van de Unie.

Ook Rem Korteweg, brexit-deskundige van Instituut Clingendael, benadrukt dat nu pas de eerste fase van de brexit afgesloten is. „De formele fase, dit zou je ook de echtscheidingsfase kunnen noemen, is nu achter de rug. Nu moet afspraken worden gemaakt over de bezoekregeling, de alimentatie en het zien van de kinderen, om het zo maar even te omschrijven”, zegt Korteweg.

Kortom: nu moet invulling worden gegeven aan de toekomstige handelsrelatie tussen de Britten en de rest van Europa. De Britten hebben al aangegeven deze onderhandelingsperiode niet te willen verlengen tot na januari 2020. Ligt er dan geen akkoord op tafel, dan is de kans groot dat de Britten zonder handelsverdrag de EU verlaten.

„De zorgen binnen de EU liggen daarom nu bij de vraag wat er realistisch gezien in elf maanden mogelijk is. Kijk je namelijk naar de gemiddelde onderhandelingsperiode van de Unie met betrekking tot het sluiten van nieuwe verdragen, dan komt dat neer op vier tot zeven jaar”, zegt Korteweg.

Belang bij verdrag

Zowel Cuyvers als Korteweg benadrukken dat Nederland een groot belang heeft bij een goed handelsverdrag van de Britten met de EU. Het Verenigd Koninkrijk is een van de grootste handelspartners van Nederland. Zo vissen wij in Britse wateren, en is er veel dataverkeer tussen beide landen. Ook verliest Nederland een bondgenoot aan de onderhandelingstafel van de Unie.

„Het is voor Nederland dus van belang dat die onderhandelingen de tijd krijgen en niet overhaast worden afgerond”, laat Korteweg weten. Hoewel Johnson nadrukkelijk zegt niet te willen verlengen is de kans groot dat dit uiteindelijk wel gaat gebeuren. „Hij is niet een man die altijd zijn beloftes waarmaakt.”

Voor de Nederlandse burgers in het Verenigd Koninkrijk zijn de zaken beter geregeld. Afgesproken is dat zij hun EU-burgerschap behouden, vertelt Cuyvers. Wel is van belang dat zij een nieuwe immigratiestatus aanvragen, de zogeheten ‘settled status’. Hiermee verkrijgt de burger veel van dezelfde rechten, maar mag je met de settled status niet langer dan vijf jaar uit het Verenigd Koninkrijk zijn, want dan vervalt je status.

Antonietta Sgherzi, oprichter van Stichting GOED, een belangenorganisatie van Nederlanders in het buitenland, zegt zich zorgen te maken over de positie van Nederlanders in het Verenigd Koninkrijk. „Veel Nederlanders die toch al lang in het Verenigd Koninkrijk wonen voelen zich inmiddels niet meer gelijkgesteld aan de Britten. Zij hebben het idee dat ze niet meer welkom zijn.”

Een van de Nederlanders die een aanvraag voor een settled status moet indienen is Marianne Vermeer. „Ik woon al 46 jaar in Engeland en nu moet ik een aanvraag indienen om hier te kunnen blijven wonen, dat vind ik belachelijk omdat ik hier al zo lang ben. Daar komt nog eens bij dat het hebben van een dubbele nationaliteit niet mogelijk is.” Op dit moment moet de Eerste Kamer nog oordelen over een wetsvoorstel dat het mogelijk maakt voor Nederlanders in het Verenigd Koninkrijk om hun Nederlandse nationaliteit te behouden.

Soevereiniteit

Al met al is de situatie rondom de brexit op zijn zachts gezegd complex te noemen. Want dan zijn daar ook nog de Schotten, die een duidelijk tegengeluid hebben laten horen. Bij het referendum in 2016 stemden zij tegen, bij de afgelopen verkiezingen deden zij dat nog eens op niet mis te verstane wijze. Cuyvers vertelt dat de Schotten in 2021 verkiezingen op de agenda hebben staan. „Dan wordt er waarschijnlijk campagne gevoerd voor de Schotse onafhankelijkheid.”

De Britten hebben nu de eerste stap gezet. Zij gaan de Unie verlaten, hoe dat gaat gebeuren is nu nog onduidelijk. Wel is het voor veel remainers en andere EU-gezinden een onbegrijpelijk besluit. Want de EU blijft een van de grote handelspartners van de Britten, uiteindelijk zullen ze dus alsnog worden gedwongen met de rest van Europa samen te werken.

„Het is duidelijk dat het voor de Britten een kwestie was van soevereiniteit, waar de remainers en andere EU-gezinden meer gericht waren op rationaliteit en economische belangen, was het voor de Britten vooral belangrijk niet langer afhankelijk te zijn van Europese regelgeving. Daarom is het des te wranger dat er een reële kans bestaat dat zij door deze keuze over tien jaar Schotland en Noord-Ierland kwijtraken”, besluit Cuyvers.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.