Redactie Metro Nieuws 25 nov 2019, 15:02

Leestijd: 2 minuten

Verdachte Rahiied A. kan insulinemoorden niet verklaren

De advocaat van leerlingverpleger Rahiied A. vertelt tijdens een pleidooi in de rechtbank van Rotterdam dat zijn cliënt de emoties van de nabestaanden wel begrijpt maar geen verklaring heeft voor de opgelegde feiten. 

De 23-jarige Rahiied A. wordt verdacht van moord op vier hoogbejaarde cliënten van een verzorgingstehuis en nog een aantal pogingen hiertoe. Volgens het OM diende hij de slachtoffers moedwillig een overdosis insuline toe waarbij levensgevaarlijke situaties ontstonden.

Zwijgen en trillen

De geestelijke gesteldheid van A. is de afgelopen periode door psychologen onderzocht. Hier is volgens advocaat Robbert van Haneghem weinig zinvols uit gekomen. „Er valt van Rahiied op dit moment en met zijn gesteldheid geen betrouwbare verklaring te verwachten," aldus de raadsman.

Zowel tijdens de behandeling als tijdens de rechtszaak heeft de verdachte nauwelijks iets gezegd. A. zat maandag, net als tijdens de zittingen van vorige week, weer onafgebroken met zijn benen te wiebelen. Hij had ook net als bij eerdere zittingen een stressballetje mee waar hij telkens in zat te knijpen. Zijn kaken hield hij echter stevig op elkaar.

De verdachte was werkzaam als stagiaire in vier verpleeg- en verzorgingsinstellingen in de regio Rotterdam en zou de insuline op bewoners hebben toegediend tussen juni 2016 tot zijn aanhouding in november 2017.

Doktersfantasie

De aanklagers menen dat A. handelde vanuit een doktersfantasie. Omdat hij heel graag in een rol als arts levens wilde redden, injecteerde hij zijn cliënten met insuline zodat hij een soort van heldenrol kon vervullen.

Volgens psychiatrische deskundigen verlangde hij naar de dynamiek en drama die hiermee gepaard gaat met het werk als dokter en smachtte hij naar de waardering van derden. Afgelopen vrijdag werd een celstraf tegen hem geëist van 20 jaar met TBS.

De advocaten van de verdachten betogen dat A. niets met de moorden en moordpogingen te maken heeft. Volgens hen wordt er veel te zwaar gesteund op getuigenverklaringen, die onbetrouwbaar zouden zijn. „Het zijn vermoedens, maar er is geen directe aanwijzing voor betrokkenheid van Rahiied", aldus Van Haneghem.